Opmerkelijk veel Belgische jongeren trekken naar Syrië om met de rebellen mee te vechten tegen president Bashar al-Assad.
Dat zegt hoogleraar terrorisme Edwin Bakker van het Centrum voor Terrorisme en Contraterrorisme (CTC) maandag in het Vlaamse dagblad De Morgen.
Marokkaanse en Turkse jongeren
Een woordvoerder van het CTC, onderdeel van de Universiteit Leiden, vertelt aan elsevier.nl dat het gaat om meer dan zeventig Belgische jihadstrijders tussen de zestien en dertig jaar.
‘Het is opmerkelijk hoe hoog het aantal jongeren uit België is,’ vertelt Bakker. Volgens de wetenschapper voelen de Marokkaanse en Turkse jongeren uit België zich veel meer verbonden met de Syrische strijd dan met bijvoorbeeld de oorlog in Afghanistan.
Taskforce
De Belgische minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet (cdH) richt een taskforce op om te voorkomen dat nog meer jongeren vertrekken. Bakker denkt dat dit weinig zin heeft. ‘Iemand die een heilige oorlog wil voeren, houd je niet tegen,’ zegt de expert.
Ook minister Ivo Opstelten (VVD, Veiligheid en Justitie) bekijkt de mogelijkheden om jongeren tegen te houden.
Nederland
Het CTC zegt tegen elsevier.nl dat bijna honderd Nederlandse jongeren op dit moment in Syrië vechten. Een ruime meerderheid van de Tweede Kamer denkt dat de jongeren minder snel zullen vertrekken, als dit betekent dat hun Nederlands paspoort wordt ingenomen.
‘Kanonnenvlees’
Bakker waarschuwt dat veel jongeren teleurgesteld zullen terugkeren. ‘Ze verwachten dat ze krijgers zullen worden, maar krijgen vaak niet eens een wapen in handen. Ze bouwen barricades of worden gebruikt als kanonnenvlees,’ legt de hoogleraar uit.
De Syrische rebellen hebben hun twijfels over jongeren uit West-Europa. ‘Ze spreken amper Arabisch en kunnen geen wapen hanteren,’ vertelt Bakker. Er bestaat ook veel wantrouwen: de westerse jongeren zouden wel eens infiltranten kunnen zijn.