Amerikanen pakken kopstuk Al-Qa’ida op in Libië

Amerikaanse commandotroepen, bijgestaan door agenten van de FBI en de CIA, hebben in de Libische hoofdstad Tripoli Al-Qa’ida-leider Abu Anas al-Libi opgepakt. Zijn arrestatie had plaats nadat hij van een bezoek aan een moskee terugkeerde naar zijn huis. Daar werd de auto van de terrorist door de Amerikanen klemgereden.

Al-Libi, die eigenlijk Nazih Abdul-Hamed al-Ruqai heet, wordt buiten de landsgrenzen van Libië door Amerikaanse militairen gevangen gehouden, twittert een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Defensie, het Pentagon.

Vangst

De arrestatie van de terrorist geldt als een grote vangst. Al-Libi wordt verdacht van betrokkenheid bij de bomaanslagen op de Amerikaanse ambassades in Kenia en Tanzania in 1998. Daarbij vielen meer dan tweehonderd doden.

De FBI was vanwege die vermeende betrokkenheid al jaren op zoek naar Al-Libi. Hij stond sinds 2001 op een lijst van meest gezochte terroristen.

Asiel

Al-Libi is computerdeskundige. Hij studeerde elektronica en nucleaire techniek in Tripoli. Ten tijde van de aanslagen in Kenia en Tanzania woonde Al-Libi met zijn familie in Groot-Brittannië, waar hij in 1995 asiel had gekregen.

In 1999 werd hij kortstondig opgepakt, maar vanwege gebrekkig bewijs van betrokkenheid bij terrorisme weer vrijgelaten. In 2011 dook de terrorist weer op in zijn geboorteland Libië.

De Libische regering heeft de Verenigde Staten om opheldering gevraagd over de door Amerika gemelde militaire actie in Tripoli.