Het ministerie van Buitenlandse Zaken kan op dit moment geen contact leggen met achttien Nederlanders die tijdens de allesverwoestende tyfoon op de Filipijnen verbleven.
Dat zegt een woordvoerder van het ministerie woensdag. Dinsdagavond waren nog drieëntwintig landgenoten niet te traceren in het door de tyfoon Haiyan getroffen land. Het aantal dat niet kan worden bereikt, wisselt overigens per dag.
Niets gehoord
Nog altijd melden zich bij Buitenlandse Zaken personen die al een tijd niets meer van familie, vrienden of bekenden hebben gehoord. Sinds vrijdag, de dag dat de ramp zich voltrok, hebben directe familieleden van Nederlanders in het gebied zich gemeld. Later kwamen daar ook vrienden en kennissen bij.
Tot nu is het overlijden van één Nederlander vast komen te staan. Hij was met vrienden op duikvakantie op het eiland Camanga in het westen van het land.
Hulp op gang
Steeds meer hulpgoederen bereiken de getroffen gebieden. Eerder vandaag kwamen hulpkonvooien van het Rode Kruis aan in Ormoc op het eiland Leyte en in Catbalogan op het eiland Samar.
Gewapende plunderaars wilden de vrachtwagens bestormen, maar dat hebben Filipijnse veiligheidstroepen verijdeld. Daarbij is over en weer geschoten. Of er doden zijn gevallen, is niet bekend.
Ook de Nederlandse regering zet, naast de toegezegde steun van 2 miljoen euro, een defensievliegtuig in voor transport van noodhulp naar slachtoffers. Het vliegtuig brengt hulpgoederen van de Samenwerkende Hulporganisaties.