De uit de hand gelopen protesten in het centrum van de Oekraïense hoofdstad Kiev hebben sinds gisteren al aan zeker 25 mensen het leven gekost. Zowel politiemensen als betogers zijn om het leven gekomen. Onder de slachtoffers was één journalist.
Het Oekraïense ministerie van Volksgezondheid maakte het dodental woensdagmorgen bekend. Bronnen bij ziekenhuizen schatten eerder al dat zeker duizend mensen gewond zijn geraakt.
Schuld
President Victor Janoekovitsj heeft woensdag in een verklaring gezet dat het de schuld is van de oppositieleiders dat het geweld in Kiev is geëscaleerd. Hij roept hen op zich te distantiëren van hun ‘radicale’ bondgenoten. De Oekraïense president zei ook dat het ‘nog niet te laat is om het conflict te stoppen’.
Activisten wijzen juist naar de regering als aanstichter van het geweld. Zij eisen al maandenlang het vertrek van Janoekovitsj, nadat hij een associatieverdrag met de Europese Unie weigerde te tekenen en in plaats daarvan de banden met Rusland aanhaalde.
Grondwet
Het leek er zondag en maandag nog op dat het wat rustiger werd in Kiev, toen tegenstanders van Janoekovitsj het bezette stadhuis verlieten. Dinsdag liepen de protesten tegen Janoekovitsj echter uit op de bloedigste veldslag sinds het verzet in november begon.
De gevechten braken dinsdag uit nadat parlementsvoorzitter Vladimir Ribak weigerde een hervorming van de grondwet op de politieke agenda te zetten.
Brand
Het hoofdkwartier van demonstranten op het Onafhankelijkheidsplein is in de nacht van dinsdag op woensdag in vlammen opgegaan. De betogers weigeren het plein te verlaten.
Woensdagochtend vroeg staan oproerpolitie en betogers lijnrecht tegenover elkaar, maar wordt er in tegenstelling tot dinsdag nog niet gevochten. De sfeer blijft grimmig en meerdere gebouwen staan in brand.