Minder demonstranten Thailand, noodtoestand wordt opgeheven

De Thaise regering gaat de noodtoestand in de hoofdstad Bangkok en de omliggende provincies vanaf woensdag opheffen. Het aantal demonstranten tegen de regering van premier Yingluck Shinawatra is afgenomen.

Dat zegt de veiligheidschef van Bangkok, Paradorn Pattanathabutr, dinsdag. Ook het bedrijfsleven verzocht de regering de maatregel op te heffen. De noodtoestand werd op 22 januari voor zestig dagen afgekondigd en was bedoeld om de protesten in te dammen.

Aftreden

In Thailand was het vanaf oktober vorig jaar onrustig. Betogers keerden zich tegen de regering van premier Yingluck Shinawatra en eisten haar aftreden. Bij die protesten vielen verschillende doden en gewonden.

De demonstranten beschuldigden de premier ervan dat zij zich zou zich laten leiden door haar broer Thaksin Shinawatra. Het leger zette de toenmalige premier in 2006 bij een militaire coup af. Sindsdien leeft hij in ballingschap.

Verkiezingen

Shinawatra schreef eerder nieuwe verkiezingen uit om de oppositie zo enigszins tegemoet te komen. Die verkiezingen werden begin februari in het grootste deel van het land gehouden. Maar uitslagen zijn nog niet bekendgemaakt, omdat in verschillende delen van het Aziatische land nog niet is gestemd.

Tegenstanders van de regering vinden het kiessysteem niet eerlijk – oppositieleider Suthep Thaugsuban heeft opgeroepen tot een boycot van de verkiezingen. Hij heeft zijn aanhangers opgeroepen om te blijven protesteren tot de ‘tirannieke’ regering opstapt. Maar het lijkt er nu op dat de wil tot demonstreren langzaam afneemt.