De peshmerga, het leger van Koerdische strijders, slaat hard terug richting de terroristen van ISIS, nadat die dit weekeinde flinke terreinwinst boekten in het noorden van Irak.
De Koerden vielen ISIS aan op zo’n 40 kilometer van de Koerdische regionale hoofdstad Erbil in het noorden van Irak, meldt Jabbar Yawar, een hoge Koerdische functionaris. ‘We hebben onze tactiek veranderd, van defensief naar aanvallend.’
Bundeling
De Koerdische strijders en het Iraakse leger hebben de banden aangehaald. Met een bundeling van de krachten hopen zij ISIS een beslissende slag toe te brengen en te voorkomen dat de opmars in het noorden van Irak wordt voortgezet.
Dat de twee legers met elkaar samenwerken op het slagveld is niet vanzelfsprekend, aangezien de autonome Koerden en Bagdad al jaren ruziën over olie, geld en land.
Jeeps
Een goede samenwerking is nu meer dan ooit nodig, aangezien van ISIS een enorme dreiging uitgaat. Voor burgers, die met allerlei executies en andere gruwelen te maken krijgen, maar ook voor strategisch belangrijke plekken.
ISIS wist de afgelopen dagen twee olievelden te bezetten. Bovendien bezetten de terroristen met hun jeeps en kenmerkende zwarte vlaggen een stuwdam, die de miljoenenstad Mosul van elektriciteit voorziet. Controle van de dam betekent macht: de dam openen zet grote steden onder water.
Halsoverkop
Er is intussen een enorme vluchtelingenstroom op gang gekomen. Daaronder zijn veel christenen, die te horen kregen dat zij zich moesten bekeren tot de islam, op straffe van ‘executie door het zwaard’.
Zo’n dertigduizend christenen zouden halsoverkop uit Mosul zijn vertrokken, onder meer naar Hamdaniya, een stad ten oosten van de Noord-Iraakse stad, waar het (relatief) veilig zou zijn.
Ook de Yazidi, een religieuze minderheid, zouden met tienduizenden de bergen zijn ingevlucht. Zij vrezen vervolging door de soennitische terroristen. In de bergen verkeren zij in levensgevaar, weet Yawar.