President Joe Biden hield onlangs een krachtige toespraak ter herinnering aan 6 januari 2021, maar dat is niet genoeg om de Amerikaanse democratie te redden. Zolang Republikeinen de aanval op het Capitool blijven vergoelijken, is het voortbestaan van die democratie onzeker, schrijft Victor Pak.
Victor Pak (1995) is redacteur bij EW. Wekelijks op zaterdag blogt hij over wat er speelt in de Amerikaanse politiek.
Het houden van toespraken is niet het sterkste punt van de Amerikaanse president Joe Biden. Een begaafd redenaar, zoals menigeen van zijn voorgangers, is Biden niet. Het is niet dat hij geen ideeën heeft, maar zijn stotteren zit hem dwars. Biden verhaspelt vaak woorden, of oogt vermoeid. Op zijn best is Biden wanneer hij boos is, zijn stem op de juiste momenten verheft en zijn toehoorders op felle toon bij de lurven pakt.
Trump-aanhangers tuinden in de leugens van de toenmalige president
Afgelopen donderdag was Biden boos. Precies één jaar na 6 januari 2021, de dag waarop het Capitool werd bestormd, de zetel van de volksvertegenwoordiging. Biden hield een memorabele toespraak. Het sterkst was de president toen hij de redenen ontkrachtte waarom duizenden Trump-aanhangers die dag het Capitool binnenvielen. Zij waren in de leugens getuind die de toenmalige president Donald Trump al maanden verspreidde.
Lees verder onder de video
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
6 januari 2021 ging als een dag van schande de geschiedenisboeken in. De gebeurtenissen die dag vormden het slotstuk van een aanval op de democratische principes van de Verenigde Staten. Een jaar na de bestorming weten we dat de aanvallers die door de heilige hallen van het Congres liepen zelf dachten dat ze de democratie gingen redden. Dat blijkt uit de verklaringen die de daders nu afleggen in rechtbanken. Gewillig gaven zij navolging aan de woorden die Trump vlak voor de aanval uitsprak: ga vechten, op helse wijze.
Trump vervormde de Republikeinse Partij
Dat gevecht woedt in de Verenigde Staten nog steeds. Biden voerde campagne voor de ziel van het land, maar heeft die ziel nog niet gered. Dat ligt niet alleen aan de president, maar vooral aan de Republikeinse Partij.
Onder Trump is de Republikeinse Partij vervormd. Moderne Republikeinse presidenten als Ronald Reagan en George W. Bush stonden voor zuinig schatkistbeheer en het aanmoedigen van vrijhandel. Trump verving het klassieke Republikeinse gedachtegoed voor één basisprincipe: zijn eigen belang.
Het voortbestaan van de Amerikaanse democratie is onzeker
Zijn verkiezingsnederlaag in 2020 werd door velen niet geaccepteerd en Trump hitste zijn achterban op om die nederlaag uit te wissen. Inmiddels erkent een ruime meerderheid van de Republikeinen Biden niet als legitieme president. De aanval op het Capitool wordt geregeld vergoelijkt. De Republikeinse Senator Ted Cruz, in 2016 de laatste overgebleven tegenstander van Trump in diens partij, bood deze week excuses aan. Hij had het aangedurfd de aanval op het Congres een ‘gewelddadige terroristische aanval’ te noemen.
Het is kenmerkend voor de heersende opvattingen in de Republikeinse Partij. Slechts enkele Republikeinen vechten nog tegen de excessen van het trumpisme. Zolang zij niet aan de winnende hand zijn, moet worden gevreesd voor het voortbestaan van de democratie in de Verenigde Staten. En president Joe Biden kan dit gevecht niet alleen aan.