Erdoğans toch wat krappe zege kan hij welbeschouwd zeker niet vieren als een duidelijk teken dat de Turken massaal achter hem staan. Integendeel, schrijft Robbert de Witt.
De parlements- en presidentsverkiezingen werden wel de belangrijkste verkiezingen van 2023 genoemd. Vanwege het strategische belang van Turkije, dat op het kruispunt van Europa, Azië en het Midden-Oosten ligt. Een grote economie, 85 miljoen inwoners: Turkije doet ertoe.
De Turkse leider Recep Tayyip Erdoğan weet dit en speelt al twintig jaar een geraffineerd politiek spel door nu eens naar het Westen te neigen, dan weer vriendjes te spelen met autocraten als Vladimir Poetin.
Het verlangen naar verandering was groot
Intussen maakte hij zijn land steeds minder vrij en democratisch. Je hoeft de internationale ranglijsten er maar op na te slaan. Alleen aanhangers van Erdoğan zeggen dat die niet kloppen.
Soms is het verlangen naar verandering zo groot, dat de kansen van de Turkse oppositie groter werden gemaakt dan ze eigenlijk waren. Vandaar de verbazing dat Erdoğan zijn uitdager weliswaar bijna al in de eerste ronde knock-out had geslagen. Uiteindelijk gebeurde dat zondag pas: Erdoğan kreeg 52,1 procent van de stemmen, Kemal Kilicdaroglu 47,9 procent.
Nee he, nóg eens vijf jaar met die onvoorspelbare Erdoğan, zal de verzuchting zijn in veel westerse hoofdsteden. Maar nu Erdoğan zijn herverkiezing binnen heeft gesleept, kan hij net zo goed wat inschikkelijker worden – ten opzichte van Zweden bijvoorbeeld, dat graag NAVO-lid wil worden, maar steeds concessies moest doen aan dwarsligger Turkije.
Een echte tegenvaller is het voor die tientallen miljoenen democratisch-gezinde Turken, die het weer niet is gelukt een ander aan de macht te brengen. Zij kunnen zich een beetje troosten met de gedachte dat zij er heel dicht bij waren en dat Turkije Erdoğan nu echt bijna zat is.
Zelfs die wat grijze ambtenaar versloeg Erdoğan bijna
De afgelopen jaren knevelde Erdoğan de oppositie steeds verder. Zijn meest kansrijke uitdager, de burgemeester van Istanbul, werd met een vergezochte beschuldiging uitgesloten van deelname aan de verkiezingen. En zelfs die wat grijze ambtenaar Kilicdaroglu versloeg hem nog bijna, ondanks alle aandacht die Erdoğan kreeg van de gedweeë Turkse media en de geringe aandacht voor de oppositie. Dat had moeten leiden tot een ruime overwinning voor Erdoğan, maar het was net genoeg.
Erdoğans toch wat krappe zege kan hij welbeschouwd zeker niet vieren als een duidelijk teken dat de Turken massaal achter hem staan. Integendeel.