Pieter Waterdrinker: Moderne fellowtravellers naar het Rusland van Poetin

TOERISTEN OP HET RODE PLEIN IN MOSKOU. FOTO: NATALIA KOLESNIKOVA / AFP

Ondanks de oorlog, bijna anderhalf jaar aan de gang, worden er alweer mondjesmaat groepsreizen naar Rusland georganiseerd. Een morbide gedachte, zolang Poetin en zijn moderne fascisme nog niet op de knieën zijn gedwongen, schrijft Pieter Waterdrinker in de eerste van zijn wekelijkse (dinsdag)columns voor EW.

Het hangt natuurlijk af van de portemonnee, maar voor velen is de glorende vakantieperiode als een glazen kom vol kleurige knikkers. Een blinkende pracht om uit te kiezen. Een oceaanblauwe stuiter voor de Caraïben, een terracottakleurige (zo stel ik me voor) voor het gezegende Italië of Spanje, een groene voor het eeuwig verblindend-groene Schotland. Tussen het blinkende aanbod ligt ergens – diep op de bodem – een inktzwarte kalkedot: die van Rusland.

Walging over georganiseerde reizen naar Rusland

Eerst dacht ik dat het een parodie was, een provocatie, maar het Nederlandse reisbureau Eurocult-Lito biedt sinds kort wel degelijk weer georganiseerde reizen aan naar Rusland. Dat het bombarderen van het buurland Oekraïne zijn tweede jaar is ingegaan, dat mannen vrouwen en kinderen bij deze misdadige oorlog door granaten worden uiteengereten, verminkt en verkracht, weerhoudt deze club er niet van klanten te verleiden zélf in het land van Poetin een kijkje te nemen.

Mijn eerste reactie was: kots, walging. Zeker toen ik op sociale media goedkeurende berichten voorbij zag zeilen van rechts-bruine types, die doorgaans als jachthonden staan te kwijlen bij iedere moordpartij die het Russische leger toebrengt aan ‘de fascisten’ in Oekraïne. Velen van hen lieten weten graag naar Rusland af te reizen – zouden ze het geld hebben – waar een man nog een man is, een vrouw een vrouw, waar genderviespeuken door de Orthodoxe Kerk in de ban worden gedaan en je nog gewoon veilig tot diep in de nacht over straat kan.

Poetin-fans zijn de fellowtravellers van nu

Vermoedelijk zonder het te beseffen, zijn deze fervente Poetin-fans de contemporaine variant van de roemruchte fellowtravellers, liefhebbers tot in de dood van het communisme, waarvan ik nog een forse staart zelf heb meegemaakt. De hoogleraar sociologie uit (ik meen) Groningen, die me eind jaren tachtig op het Rode Plein in Moskou toevertrouwde zijn liefde voor het literaire werk van Gerard Reve te hebben verloren, maar wel nog altijd heilig geloofde in de zegeningen van het marxisme, terwijl de Sovjet-Unie letterlijk op zijn laatste benen liep, zal ik nooit vergeten. In zijn universitaire werkkamer hing een groot portret van Lenin, ‘want die had het destijds goed bedoeld’. Dat Lenin direct na de revolutie van 1917 psychotisch begon te massamoorden, een métier waarin zijn opvolger Stalin zich in de decennia erna vervolmaakte, wilde er bij de baardige hoogleraar op zijn gezondheidssandalen nog altijd niet in.

Verder was het een aardige man, die bovendien in een lange West-Europese intellectuele traditie stond. Illustere geesten als Walter Benjamin, André Gide, George Bernard Shaw en Jean-Paul Sartre gingen hem voor, al vielen bij sommigen in Moskou onmiddellijk de schellen van de ogen: ook het Sovjet-communisme was fascisme.

De overgang naar het fascisme van Poetin maakte ik aan den lijve mee

De overgang van een gemanipuleerde nepdemocratie, via een almaar heviger aangesnoerde autocratie naar een moderne vorm van fascisme onder Poetin, heb ik in Rusland helaas zelf aan den lijve meegemaakt. Ik was mijn kotsneiging en walging alweer vergeten, toen ik deze week op de site van RTL Nieuws een interview las met de eigenaar van het bewuste reisbureau, Tom Joosten. ‘Ik ben faliekant tegen deze oorlog,’ laat hij weten. Zijn keuze rechtvaardigt hij als volgt: ‘Hopelijk begint het gesprek bij gewone mensen, en nemen de hoge heren dat over.’

Nu moet ik iets bekennen. Hoewel mijn vrouw en ik direct na het begin van de invasie op 24 februari vorig jaar Rusland na een kwart eeuw verlieten, uit walging voor de broedermoord in Oekraïne, zijn we sindsdien twee keer terug geweest. Met de bus via Finland naar Sint-Petersburg. Om louter persoonlijke redenen. Om zaken te regelen.

Genieten van de schoonheid van Rusland heeft iets morbide

Ik geloof de goede intenties van de reisbureau-uitbater. Wie ben ik om anderen het reizen te verbieden? Maar het heeft natuurlijk iets morbides om te genieten van Het Zwanenmeer in het Bolsjoj-theater in Moskou, van de keur van goede restaurants, van de nachtclubs, van de pracht in ’s werelds mooiste kunstpakhuis de Hermitage, terwijl buiten in de straten mannen worden geronseld om te gaan doden aan het front. Alsof je in nazi-Duitsland in het Zwarte Woud gaat kuren tegen jicht of psoriasis.

Alles is uiteindelijk een kwestie van timing. Na de oorlog – ook deze oorlog is op een dag voorbij – zal Oekraïne terecht worden overspoeld met miljardenhulp uit het Westen. Toeristen zullen massaal afreizen naar de architectonische pracht van steden als Kiev, Lviv en Odessa, daar waar voor Rusland een lot dreigt als van het Duitsland van vlak na de Tweede Wereldoorlog: een zwart gat, waar geen fatsoenlijk mens naartoe gaat.

Moge de tijd van Joosten & Co snel komen

Met de vrede zullen we ons in het Westen geplaatst zien voor een helse taak: nadenken over een gezamenlijke toekomst. We zullen geopolitieke, militaire, economische en mentale heksentoeren moeten uithalen. De hervormingsgezinde krachten binnen en buiten Rusland steunen, om een oprisping van nog giftiger revanchisme, een Russisch dictaat van Versailles-syndroom, te voorkomen.

Pas dan, wat mij betreft, kunnen mensen als Tom Joosten aan de bak. Om het zwarte gat te ontsluiten, weer licht te maken. Al was het maar om de wereld te laten zien dat Poetin niet synoniem is aan Rusland. Ervan uit gaande dat Kiev zegeviert, Poetin niet langer aan de macht is, Rusland van zijn huidige totalitaire juk is verlost. Zaken die allemaal hoogst onzeker zijn. Maar moge de tijd van Joosten & Co snel komen.