Voor het Kremlin is elke vorm van artisticiteit die het beeld van een groot en machtig Rusland niet dient een affront. Moskou hoeft niet eens zo ver te gaan als de Sovjets om schrijvers zichzelf te laten censureren.
Terwijl Rusland al jaren met fictie verdeeldheid probeert te zaaien in het Westen, is het Kremlin behalve voor een coup, een volksopstand of een uiteindelijke militaire nederlaag in de Oekraïense oorlog, in toenemende mate panisch voor één ding: fictie.
Eerder deze zomer werd de dystopische roman Muis van de jonge Russische schrijver Ivan Filippov door de autoriteiten in Moskou feitelijk verboden, na een oekaze om het boek uit de Russische schappen te halen. Volgens mediawaakhond Roskomnadzor bevat de roman onder meer valse informatie over terroristische aanslagen ‘en andere onbetrouwbare informatie van sociaal belang’. Niet alleen individuen, maar de staat als geheel zou door het boek worden bedreigd.
Het verhaal? Een met een virus geïnfecteerde muis ontsnapt uit het Instituut voor Functionele Onsterfelijkheid – waar wetenschappers op zoek zijn naar een methode om Kremlinleiders zo niet het eeuwige, dan wel een zeer lang leven te bezorgen – ontketent in Moskou een pandemie. Slachtoffers van het virus veranderen in zombies, wat leidt tot een cascade aan even bizarre als macabere en wrede episodes, waarin bekende Russen van vlees en bloed als personage figureren.
Zo komt de meest gewetenloze propagandist op de Russische staatstelevisie Vladimir Solovjov in de roman jammerlijk aan zijn einde. En wat gebeurt er met Vladimir Poetin zelf? Hij wordt opgegeten, althans: de gouverneur van de regio Tambov, bij Poetin op bezoek, springt opeens op de Kremlinleider af om een ferme hap te nemen uit zijn nek.
Surrealisme aan de macht
Ik heb op deze plek al vaker geschreven dat na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 niet het kapitalisme, noch het communisme, maar het surrealisme in Rusland aan de macht is. De gekte, de fictie. De afgelopen jaren is fictie, beter bekend onder de naam ‘desinformatie’, feitelijk Ruslands meest succesvolle exportproduct.
Onlangs mochten we daarvan weer genieten, toen op nota bene een Franse website plots het bericht verscheen dat Olena Zelenska, de echtgenote van de Oekraïense leider Volodymyr Zelensky, in Parijs voor 4,5 miljoen euro een Bugatti Tourbillon had gekocht. Het fakebericht ging vergezeld van de aankoopfactuur en van een filmpje met de autodealer. Binnen een dag werd het deepfake-bericht 18 miljoen keer bekeken. Maar voordat het bedrog aan de dag kwam, had het zijn doel al bereikt: het in diskrediet brengen van Kyiv, het besmeuren van Zelensky’s reputatie. Het behoort allemaal tot the fog of war, de ‘mist van de oorlog’, waarover de fameuze Pruisische generaal en strateeg Carl von Clausewitz in de negentiende eeuw al schreef.
Enorme oplages
Ondanks de pest van de ontlezing is het fysieke, papieren boek nog altijd immens populair. Ook onder hen die Russisch lezen. Toen Muis nog vrijelijk in de boekhandel verkrijgbaar was, waren de oplages telkens binnen een dag uitverkocht. Rozkomnadzor mag het boek dan hebben verbannen, tegen het e-book kan het Kremlin voorlopig niet op.
De zaak rond Ivan Filippov, die eerder dit jaar tot ‘buitenlands agent’ werd verklaard en zijn dagen nu doorbrengt als banneling in Georgië, staat voor iets groters. Namelijk voor een omvangrijke, nog altijd groeiende hedendaagse Russischtalige dissidentenliteratuur die door uitgevers in het buitenland wordt uitgegeven. Het begrip ‘samizdat’ (het zelf uitgeven van verboden boeken ten tijde van de Sovjet-Unie) kwam vaak neer op het overtikken van het manuscript. Om het daarna door te geven aan iemand die hetzelfde deed. Een soort kettingbrief.
Tijdens de hoogtijdagen van de Sovjetcensuur werden, net als nu, ook in het buitenland verboden boeken uitgegeven, de zogeheten tamizdat. Waar ‘sam’ in het Russisch ‘zelf’ betekent, staat ‘tam’ voor ‘daar’. Het bekendste voorbeeld van een tamizdat-uitgave is de epische roman Dokter Zhivago van Boris Pasternak, dat na een eerste verschijning in Italië een wereldhit werd, net als de latere mierzoete verfilming ervan, en de auteur de Nobelprijs voor Literatuur opleverde.
Broertje dood aan de letteren
Jozef Stalin, naast dictator en massamoordenaar in zijn jonge jaren op het priesterseminarium in Tbilisi ook dichter, was panisch voor elke individuele uiting. Of die nu muzikaal was, schilderkunstig, of literair. Met zijn duivelse, maar literair geschoolde brein voelde hij feilloos aan wie geniaal was. Hij was bang voor genialiteit. Voor menselijke autonomie. Om bij de literatuur te blijven: het kostte schrijvers als Isaak Babel en Osip Mandelstam het leven.
Onder Vladimir Poetin liggen de zaken nog banaler. De ex-KGB’er omringt zich het liefst met sporthelden, met misdadigers, met oorlogshelden en liklakeien. Hij heeft een broertje dood aan de letteren. Misschien wel aan elke vorm van artisticiteit zolang die niet bijdraagt aan zijn visioen van een herrezen, eeuwig groot en machtig Rusland, waarin patriottisme en de Russisch-Orthodoxe Kerk het cement vormen.
Zo was Muis niet het eerste, en zeker ook niet het laatste boek dat onder de literaire knoet 2.0 sneuvelde. Toen Poetin in december 2022 een wet ondertekende die alle zogeheten ‘lgbt-propaganda’ verbood, stond de Russisch-Orthodoxe patriarch Kirill in zijn rijk van gouden, zilveren en hemelsblauwe uienkoepels te juichen.
Zelfcensuur
Een feitelijke censuur, zoals onder de tsaren en de communisten, is er in Rusland nog steeds niet. Wel verboden achteraf. Door de wet. Maar de zelfcensuur is inmiddels zodanig dat schrijvers, regisseurs, cineasten en andere kunstenaars het wel uit hun hoofd laten thema’s aan te roeren die het huidige aartsconservatieve Rusland als duivels beschouwt.
Jelena Malisova en Katerina Silvanova deden dat wel. Het Russisch-Oekraïense schrijversduo verkocht twee jaar geleden in recordtempo 200.000 exemplaren van hun homoseksuele coming of age-roman Een zomer in een pionierssjaal. Het boek over een liefde tussen twee tienerjongens speelt ten tijde van de Sovjet-Unie in een pionierskamp. Voor Poetin heiligschennis. Na doodsbedreigingen moesten de twee het land ontvluchten.
Maar stel je eens voor: ze laten in Rusland 200.000 jonge, vaak piepjonge Russische lezers achter. Hoop in de duisternis.