De tentoonstelling ‘David Bowie is’ is na een wereldtour nu geland in het Groninger Museum. Dat blijkt een voortreffelijk platform voor alle fascinerende figuren die Bowie ooit bedacht en bracht.
Door ruimtegebrek en toeval ben ik in de jaren tachtig als moderedacteur voor de tijdschriften MAN en Elegance ooit ingekwartierd bij popmagazine OOR. Wat me vooral is bijgebleven uit die tijd is dat popjournalisten en -liefhebbers zelden over het genot van de muziek praatten, maar zich werkelijk idolaat toonden over data, cijfers, versies, vergeten locaties en obscure uitvoeringen.
Ze troefden elkaar graag af met betweterige details en hadden weinig aanleiding nodig om daar fantasievol luchtgitaar bij te spelen. Hun uiterlijk en gedrag waren weliswaar opvallend alternatief, maar ook onveranderlijk. Eens een vetkuif, altijd een vetkuif. Mode én muziek bleek geen makkelijk huwelijk.
De sympathieke samensteller van de OOR-popencyclopedie, waar ik een kamer mee deelde, moet overigens ook akelige herinneringen bewaren aan mijn gebabbel met modefotografen en stylisten over al die wisselende trends.
Wereldtournee
Maar in David Bowie (8 januari 2016 wordt hij 69!) kent de nogal conservatieve muziekwereld een pracht van een uitzondering.
Muziek en mode ontmoeten elkaar optimaal in de vele wisselende stijlfiguren waarmee deze mythische artiest zich profileerde (en even vaak achter verschuilde).
Dat bewijs heeft Bowie natuurlijk al jaren geleden geleverd. Maar het is een uitzonderlijk genoegen om daar nog eens alle prachtige bewijsstukken van bijeen te zien. En die zijn nu op voortreffelijke wijze geëtaleerd in Groningen.
Walhalla
Voor ware popmuziekkenners- en vooral voor alle David Bowie-liefhebbers moet het Groninger Museum tot en met 13 maart een absoluut Walhalla zijn. Hoewel die-hard fans ongetwijfeld de ‘David Bowie is’-expositie – die er een wereldtournee op heeft zitten langs steden als Toronto, Sao Paolo, Melbourne, Chicago, Berlijn en Parijs – al hebben bezocht toen hij in 2013 in het Londense Victoria & Albert-museum startte.
Ook voor wie geen echte Bowie-adept is, levert de tentoonstelling, samengesteld uit het persoonlijke archief van de artiest (de man bewaart circa 75.000 items) een fijne rondgang. Voor de ogen, maar ook zeker voor de oren. Je bezoekt de expo met een Sennheiser op het hoofd en wordt voortdurend verrast door allerlei geluidsfragmenten. En wat zit er al veel Bowie in ons hoofd dat zich graag laat activeren.
Ranke taille
Het is een heerlijke ervaring om tegenover al die beroemde pakken en theatrale kostuums te staan waarmee David Bowie zijn kunsten en acts uitvoerde. Je staat overigens niet echt oog in oog met hem, want zelfs de enkele poppen met een zilveren Bowie-masker behouden die anonieme, onaantastbare kwaliteit die zo typisch is voor de artiest Bowie. Overigens een man (soms een vrouw) die zijn ranke taille goed wist te behouden. Opvallend hoe slank zijn figuur is.
Beweging
Er zijn circa zestig kostuums geëxposeerd (Bowie heeft er zo’n honderd in archief). Daaronder voortreffelijk design van de Japanse Kansai Yamamoto, die in de jaren zeventig en tachtig een beroemd modeontwerper was. Terecht opent Kansai’s ‘Tokyo Pop Bodysuit’, een overall in zwart lak met witte stiksels die de wijde beenpartij accentueren, de expo.
Bühne-kleren, gemaakt om te bewegen, blijken zonder zweet en zonder de kenmerkende haardracht en make-up (toch typisch Bowie) in museale opstelling vaak akelig levenloos. Maar door de vele film- en videobeelden is dat euvel hier verholpen. Erg leuk om te zien hoe Bowie, in een hoekig pak dat hem geen enkele bewegingsvrijheid gaf, na een optreden in 1979 door zijn achtergrondzangers (waaronder Klaus Nomi) wordt opgetild en weggedragen.
De artiest
De titel van de expositie luidt: ‘David Bowie is.’ Dat klinkt door huidige IS-connotatie minder fijn. Maar de Victoria & Albert-conservatoren startten al in 2011 met de voorbereidingen. De bedoeling is dat iedere bezoeker voor zichzelf uitmaakt wat David Bowie met zijn vele gedaanten nu precies is.
Wie denkt: David Bowie is…toch ook de beroemde artiest, die tien keer in Nederland optrad en hier onder meer een video opnam, zal in Groningen teleurstellend weinig daarover vinden. De reizende Victoria & Albert-tentoonstelling kent een geijkte inhoud. Die schijnt in het Groninger Museum wel het mooist over te komen. En de Nederlandse presentator Ad Visser mocht met enkele Bowie-reminiscenties en een elektrische gitaarsolo de expo openen voor de pers.