De hoofdpunten van de Miljoenennota samengevat. Op korte termijn ziet de Rijksbegroting er redelijk gezond uit, maar voor de langere termijn is er op Prinsjesdag geen reden tot een juichstemming. Een overzicht van de huidige financiële stand van zaken en de belangrijkste uitdagingen voor het nieuwe kabinet.
Bekijk hier het volledige Prinsjesdag-programma,
van rijtour tot de overhandiging van het koffertje
Hoe ziet de Miljoenennota er in grote lijnen uit?
Volgend jaar zullen de rijksuitgaven oplopen van 433,6 miljard naar 457 miljard euro. Deze stijging wordt deels gedekt door hogere inkomsten, die van 402 miljard naar 425 miljard euro zullen stijgen. Deze extra inkomsten worden vooral gegenereerd door belastingmaatregelen.
Het kabinet rekent op aanzienlijke extra inkomsten door de verhoging van de btw op hotelovernachtingen, sport, cultuur, boeken en kranten. Deze maatregel zal de btw-inkomsten doen stijgen van 77,7 miljard naar 82,2 miljard euro.
Daarnaast wordt een forse toename van de kansspelbelasting verwacht, die volgend jaar 1,3 miljard euro zal opbrengen, tegenover de huidige 900 miljoen euro. Ook de belasting op de aanschaf van een auto, de bpm, moet volgend jaar 2 miljard euro aan inkomsten genereren.
De economische cijfers zijn op dit moment relatief gunstig. Het Centraal Planbureau (CPB) raamde in augustus al dat volgend jaar de economische groei stijgt naar 1,6 procent. En ook dat burgers meer geld te besteden zouden hebben (1,1 procent extra). Doordat de huurtoeslag wat minder snel stijgt dan het kabinet eerder van plan was, lijkt dat laatste nu beperkt te blijven tot 0,7 procent. Staatsschuld en begrotingstekort blijven in lijn met de richtlijnen.
Intussen staat het nieuwe kabinet financieel bekeken wel degelijk voor een aantal forse uitdagingen, vooral op de wat langere termijn. De belangrijkste obstakels op een rijtje.
Wat is de komende tijd de grootste financiële uitdaging voor de overheid?
De verzorgingsstaat in Nederland wordt duurder, maar levert niet meer op voor burgers. Door de vergrijzing en oplopende zorgkosten zullen belastingen omhooggaan, zonder dat de kwaliteit van voorzieningen zoals gezondheidszorg, onderwijs of pensioenen verbetert. De overheid blijft dezelfde diensten aanbieden, terwijl de kosten stijgen.
Dit komt door factoren als een afnemende beroepsbevolking en stijgende zorguitgaven. Ook is Nederland inkomsten uit het verleden, zoals Groningse gasbaten, kwijtgeraakt.
Hierdoor neemt de druk op de werkenden toe, terwijl de overheidsuitgaven fors blijven stijgen. Uiteindelijk leidt dat tot een duurzame maar kostbaardere verzorgingsstaat, zonder extra baten voor de burgers.
Lees ook: De verzorgingsstaat gaat na Prinsjesdag meer kosten,
terwijl we hetzelfde krijgen
Wat gaat er gebeuren met de allergrootste kostenpost, de zorg?
De zorgkosten in Nederland stijgen sneller dan verwacht, en dat is niet alleen te wijten aan de vergrijzing. Ondanks de verouderende bevolking blijkt uit cijfers dat de zorguitgaven vooral toenemen door andere zaken.
De stijging van kosten voor bijvoorbeeld ziekenhuiszorg en geneesmiddelen loopt uit de hand. Bovendien zorgen overheidsmaatregelen, zoals het verhogen van de lonen in de zorg, voor extra druk op het zorgbudget. Iedere stijging heeft gevolgen voor de rijksbegroting, omdat in Nederland vrijwel alle zorgkosten collectief betaald worden. Uiteindelijk kan dit leiden tot onhoudbare kosten voor zowel de overheid als burgers.
Lees ook: De zorgkosten stijgen nog harder dan de vergrijzing, hoe kan dat?
Klimaatverandering staat hoog op de agenda, wordt daar fors in geïnvesteerd?
Het is niet exact bekend hoeveel de overheid uitgeeft aan klimaatbeleid. Het ging vorig jaar waarschijnlijk om zo’n 6,8 miljard euro per jaar, maar dat was los van het geld uit het Klimaatfonds dat het kabinet-Rutte IV heeft opgetuigd. Daar zat oospronkelijk 35 miljard in. Uit het fonds moet tot 2030 flink worden geïnvesteerd om klimaatdoelen te halen.
Maar pas daarna komen echt grote investeringen, zoals een zwaarder stroomnet en groene fabrieken die miljarden kosten. Daar is nog geen geld voor gereserveerd.
Lees ook: Het klimaatgeld raakt ‘op’, maar dat ligt niet per sé aan kabinet-Schoof
Gaat de overheid de belastingen verhogen?
Of je nu communist of libertair bent: de Nederlandse overheid staat onder druk omdat de belangrijkste inkomstenbronnen – loonheffingen, bedrijfsbelasting en btw – feitelijk hun limieten bereiken.
Loonheffingen zijn cruciaal, met een geraamde opbrengst van 91 miljard euro voor dit jaar, en vormen een groot deel van de overheidsinkomsten. De stijging van het aantal werkenden in de afgelopen tien jaar hielp de overheidsfinanciën, maar de vergrijzing beperkt de toekomstige groei van het aantal werkenden. Het huidige belastingstelsel ontmoedigt extra werk door hoge belastingdruk op arbeid, waarbij de middenklasse vaak meer belasting betaalt dan op papier staat door inkomensafhankelijke kortingen en verlies van toeslagen. Dit creëert een ‘deeltijdval’, waarbij extra werk financieel weinig oplevert.
De overheid heeft geprobeerd de belastingdruk te verlagen door lasten voor werkenden te verschuiven naar bedrijven. Dit resulteerde in een verdubbeling van de winstbelasting over vijf jaar, wat het ondernemersklimaat heeft verslechterd.
Het kabinet-Schoof erkent dit probleem en probeert enkele belastingen voor bedrijven te verlagen. Minister van Financiën Eelco Heinen zou er op Prinsjesdag voor kunnen kiezen om te bezuinigen, maar neigt in plaats daarvan naar het verplaatsen van de lastendruk naar consumptie.
De btw is een belangrijke inkomstenbron en die zal naar verwachting met 2,5 miljard euro stijgen, maar verdere verhogingen kunnen de koopkracht van burgers onder druk zetten. Consumptie extra belasten is een logische uitweg, maar ook een laatste strohalm. Elke verhoging van de consumptiebelasting raakt de koopkracht van burgers.
Lees ook ‘Van koets tot koffertje’: het antwoord op al uw vragen over Prinsjesdag