Nu Donald Trump regeert met decreten en daadkracht wordt duidelijk dat de liberale democratie een fictie was. Dat schrijft jurist en rechtsfilosoof Rafael Baroch in een ingezonden opinie.
Er is iets onbevredigends aan de manier waarop we over democratie spreken. Alsof het een wiskundige formule is die altijd dezelfde uitkomst moet geven. Alsof het een systeem is dat zichzelf bewaakt, waarin macht keurig wordt verdeeld en niemand ooit werkelijk regeert.
Maar democratie is geen verzekeringspolis. Ze belooft niets, garandeert niets, beschermt niets. Ze kan zichzelf net zo goed ondermijnen als bekronen.
Misschien is dat de grootste vergissing van het liberalisme: de overtuiging dat democratie per definitie liberaal is. Dat als je maar genoeg instituties optuigt, macht vanzelf onschadelijk wordt.
Maar macht is nooit onschadelijk, en wie haar probeert te verdelen, ziet haar uiteindelijk worden opgeëist. Niet door een procedure, niet door een commissie, maar door iemand die simpelweg beslist.
De vraag is dus niet of de democratie faalt, maar of ze nu pas haar ware aard onthult. En als dat zo is, waarom we dan dachten dat het anders zou zijn.
Dit is geen anomalie, geen ontsporing, geen aberratie van de democratie. Dit ís democratie.
Donald Trump is aan zijn tweede termijn bezig. Honderden decreten heeft hij al ondertekend, telkens ten overstaan van de camera’s, telkens met een stift in de hand, en telkens met een handtekening die meer zegt dan duizend debatten in het Congres.
Dit is geen anomalie, geen ontsporing, geen aberratie van de democratie. Dit ís democratie. In de zuiverste, onbemiddelde vorm: de leider die beslist en het volk dat juicht.
De liberale democratie staart in de afgrond, maar niet omdat Trump haar vernietigt. Nee, haar tragedie is dat ze zichzelf nooit goed heeft begrepen. Ze verkocht zichzelf als een systeem van redelijkheid, checks and balances, rationele deliberatie. Maar dat is nooit geweest wat democratie werkelijk is.
Democratie is de eenheid van leider en volk, de directe band tussen degene die beslist en degene over wie wordt beslist. De rest – instituties, rechtsstaat, consensus – is opsmuk, een goed bedoelde poging om macht fatsoenlijk in te kleden, maar macht blijft macht. En wie dat vergeet, verliest.
Trump en de fictie van de liberale democratie
De liberale democratie presenteerde zichzelf als het einde van de geschiedenis, als het systeem dat de ruwe randjes van de politiek definitief had weggewerkt. Men hoefde zich geen zorgen meer te maken over soevereiniteit, over wie werkelijk de macht in handen had. Het antwoord was helder: wij allen.
Dat was de illusie. Maar democratie kan niet zonder een soeverein. En die soeverein is niet de kiezer, niet het parlement, niet de rechterlijke macht, maar degene die beslist wanneer de uitzonderingstoestand intreedt. Dat begreep Carl Schmitt al.
Hij weet dat democratie niet functioneert door procedures, maar door actie. Door daadkracht.
Trump begrijpt het ook. Vandaar de decreten, de rechtstreekse beslissingen, de ontmanteling van de bureaucratische traagheid waarin de liberale democratie zo graag haar macht verdronk.
Hij weet dat democratie niet functioneert door procedures, maar door actie. Door daadkracht. Door het moment waarop de leider zich niet langer verschuilt achter een commissie, een rapport, een hoorzitting, maar simpelweg zegt: ‘Dit is wat we gaan doen.’
De massa juicht, de elite huivert
Voor de liberale elite, die zichzelf al decennia ziet als de hoeder van de democratische orde, is dit pure horror. De macht moest immers worden gespreid, getemperd, omgeven door wetten en regels die de willekeur van de enkeling onmogelijk maakten.
En toch: hier staan we. Een president die zonder aarzeling beslist, een Congres dat steeds vaker buitenspel wordt gezet, een rechterlijke macht die zich langzaam maar zeker aanpast aan de nieuwe werkelijkheid.
Men zal dit populisme noemen, autocratie, een gevaar voor de rechtsstaat. Maar populisme is niets anders dan een symptoom van de crisis van de liberale democratie: een bestel dat zichzelf van politiek heeft ontdaan, en nu wordt geconfronteerd met de wraak van de politiek.
Want de politiek keert altijd terug. Je kunt haar niet wegprocederen, niet wegconsulteren, niet wegredeneren. Uiteindelijk zal iemand opstaan en zeggen: ‘Genoeg overleg, genoeg neutraliteit, genoeg nuance. Dit is hoe het moet zijn.’
Het einde van het liberalisme, niet van de democratie
En zo komen we bij de kern van de zaak. Het is niet de democratie die verdwijnt onder Trump. Het is het liberalisme. En dat is precies waarom de oude garde zo in paniek is.
Niet omdat ze om de democratie geeft, maar omdat ze inziet dat haar versie van de democratie – die van institutionele remmingen en juridische abstracties – geen vanzelfsprekendheid meer is.
Trump begrijpt dat. Hij zie in dat de liberale democratie zichzelf niet kan verdedigen tegen een leider die simpelweg weigert mee te spelen volgens de regels van het spel. En dat is waarom hij niet zomaar een toevallige president is, maar misschien wel de grootste revolutionair van de afgelopen honderd jaar: hij schaft de liberale democratie niet af, hij vervangt haar door iets anders.
Het is niet de democratie die verdwijnt onder Trump. Het is het liberalisme.
De vraag is niet langer of de liberale democratie standhoudt. Die strijd is al gestreden. De vraag is wat ervoor in de plaats komt. En of het iets is wat we kunnen aanvaarden, of iets waartegen we ons slechts zullen verzetten terwijl het toch onvermijdelijk oprukt. Want politiek, echte politiek, laat zich niet neutraliseren.
En Trump? Die heerst. Openlijk, zonder maskers. Ten overstaan van de camera’s, met een stift in de hand – niet als een anomalie, maar als de belichaming van wat democratie werkelijk is.
En de massa? Die juicht. Want zij weet: de tijd van aarzelende compromissen is voorbij.