De organisatie van de Olympische Spelen in Parijs opereert onder hoogspanning. Dat bleek wel bij de vreemde controverse over een scène in de openingsceremonie. Was daarin inderdaad sprake van godslastering, of zat het heel anders? In één opzicht was de ophef in ieder geval een goede zaak, schrijft Joppe Gloerich.
Als de bedenkers van de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Parijs het doel hadden de cultuurhistorische kennis van het publiek te vergroten, dan zijn ze glansrijk geslaagd in hun opzet. Medaillewaardig, mag je wel zeggen. Maar dat het nodig zou zijn om daags na de vier uur durende show openlijk excuses aan te bieden wegens vermeende blasfemie, zullen de organisatoren van het spektakel op de Seine vast niet hebben voorzien.
Het was een wonderlijk en regenachtig gebeuren, de opening van de 33ste Olympische Spelen. En eigenlijk is het ook helemaal niet verrassend, om niet te zeggen onvermijdelijk, dat een avondvullende voorstelling over de Franse en de olympische geschiedenis gemengde reacties uitlokt. Maar hoewel er artistiek gezien van alles over te zeggen valt, gaat het vier dagen later toch vooral om de precieze betekenis van een scène die amper een minuut duurde.
Wat was er te zien?
Het gewraakte deel van de openingsceremonie toont een groep kleurrijk uitgedoste dragqueens en andere figuranten in een tableau vivant aan een lange tafel. In hun midden staat een vrouw met een aureool rond haar hoofd die met haar handen een hartje maakt. Even later komt onder een cloche een schaarsgeklede, blauw geverfde zanger op een dienblad vol bloemen tevoorschijn.
Op zichzelf een nogal merkwaardig tafereel, maar in de eclectische vertoning van artistiek directeur Thomas Jolly viel de scène amper uit de toon. Niettemin kwam via sociale media al snel een stroom reacties op gang: de voorstelling vertoonde wel erg veel overeenkomsten met Het Laatste Avondmaal, zoals door Leonardo da Vinci vastgelegd in een beroemd geworden fresco.
Het schouwspel op de Seine was een provocatieve aantasting van iets heiligs onder het mom van inclusiviteit, zo ongeveer viel de woede samen te vatten.
Waarom leidde de scène tot zo veel boosheid?
De choreografie van Jolly leek tegelijk wel en helemaal niet op de interpretatie die Da Vinci eind vijftiende eeuw gaf van de maaltijd die Jezus op de avond voor zijn dood gebruikte met zijn apostelen.
Da Vinci, zoals veel van zijn tijdgenoten, beeldde Jezus Christus af in het midden van de tafel, met zijn volgelingen aan weerszijden. Als aureool rond Jezus’ hoofd koos de kunstenaar voor een raam op de achtergrond dat dient als lichtkrans. Die elementen – een centraal figuur, de volgelingen aan een tafel en een aureool – zijn ook duidelijk aanwezig in de Parijse scène.
De spot die de dragqueens drijven met de iconografie van een voor veel christenen uiterst sacraal moment is dan ook overduidelijk, zo was de strekking van de reacties. De kritiek kwam onder meer van de Franse bisschoppenconferentie, terwijl op Malta de aartsbisschop direct de Franse ambassadeur ontbood. Het Amerikaanse telecombedrijf C-Spire kondigde aan per direct te stoppen met zijn reclame-uitingen op de Spelen. In Nederland gaven onder anderen Tweede Kamerleden Don Ceder (ChristenUnie) en Geert Wilders (PVV) op X uiting aan hun grieven.
De onvrede heeft iets inconsequents
Onderdeel van veel kritiek was het gevoel dat het op deze manier bespotten van het christendom van gemakzucht getuigt. Zeker omdat de meeste kunstenaars het doorgaans wel uit hun hoofd laten om andere geloofsovertuigingen, waaronder de islam, ondubbelzinnig te beschimpen.
Hoewel dat laatste moeilijk valt te ontkennen, is de logica achter de christelijke onvrede voor (ongelovige) buitenstaanders niet altijd eenvoudig te begrijpen. Het heeft iets inconsequents: boos zijn om een grap over een door jou aangehangen geloof, met als argument voor je woede de vaststelling dat andere religies geen humor dulden.
Was het Jezus of was het een Grieks feest?
Maar keken we inderdaad naar een, zoals critici beweren, blasfemische versie van de in het Nieuwe Testament beschreven gebeurtenissen?
Nee, verklaarde Jolly, die zich naar eigen zeggen had laten inspireren door de goden op de Griekse berg Olympus. De feestelijkheden op de Parijse brug beeldden een heidens festival uit waarbij Dionysos zijn opwachting maakt. Deze Griekse god van het feest, het fruit en de wijn is in de mythologie dan weer de vader van riviergodin Sequana, beschermheilige van de Seine.
En dan zijn er ook nog kunsthistorici die in de scène een heel ander tafereel menen te ontwaren. Volgens hen werd niet Het Laatste Avondmaal, maar Het feest van de Goden van de zeventiende-eeuwse Utrechter Jan van Bijlert door de acteurs gepersifleerd. Centraal op zijn schilderij staat de met een lichtkrans getooide Griekse god Apollo. Ook associaties met werken van Jan Brueghel de Oude en Johan Rotthammer liggen volgens deskundigen veel meer voor de hand dan die met het fresco van Da Vinci.
Heeft de rel ook een positief effect?
Hoe groot de politieke hoogspanning is waaronder de organisatie van de Olympische Spelen opereert, viel af te lezen uit het feit ze zich al vrij snel genoodzaakt zag excuses aan te bieden. Religieuzen kwetsen was niet het doel, het vieren van tolerantie des te meer, zo luidde de boodschap. Tel bij deze rel op de aanslagen die vrijdagmiddag het Franse hogesnelheidsnet platlegden, en met enig cynisme kun je constateren de Spelen een valse start beleefden.
Maar met een wat optimistischer blik zou je ook kunnen vaststellen dat de media-exegese van een al dan niet bijbels tafereel en de artistieke vergelijking van een paar eeuwenoude kunstwerken heeft geleid tot een algehele toename van de kennis van de kunstgeschiedenis.
Bovendien zullen veel Nederlandse sportliefhebbers de rel al snel zijn vergeten. Zij hebben andere zorgen, bijvoorbeeld het feit dat de Nederlandse afvaardiging in de eerste dagen een povere oogst van welgeteld nul medailles binnenhaalde.