Den Haag lijkt meer dan ooit in zichzelf gekeerd

Foto: Tweede Kamer der Staten-Generaal

Door Den Haag jaagt een gure wind. De rusteloze politieke cultuur lijkt vergiftigd. Hoe anders was dat veertig jaar geleden? EW-redacteur Eric Vrijsen beschrijft zijn jaren aan het Binnenhof aan de hand van zeven ontwikkelingen. Met de voorspelling dat de democratie een nieuw evenwicht zal vinden. Vandaag de zevende aflevering: In zichzelf verwikkeld.

Drie tegenstrijdige trends vergroten de publieke argwaan. Het parlement wordt opportunistischer en emotioneler. Tegelijk domineren onnavolgbare rekenmodellen steeds vaker de besluitvorming (zoals over Schiphol en stikstof).

Het adagium slow politics verstomt, want iedereen leeft in de roes van Donald Trump versus Kamala Harris. Toch blijft Nederland een meerstromenland met van oudsher verzoenlijke partijen en samenklittende politici. Het gif moet uit de politieke cultuur en dat kan het best door symbolische kwesties te relativeren en terug te keren naar de oude (regionale) belangenvertegenwoordiging.

Recent was mijn laatste (35ste!) Prinsjesdag. Mijn gedachten dwaalden af naar de sobere jaren zonder hoedjesparade. Destijds werden de Algemene Beschouwingen pas half oktober gehouden. Dat gaf belangengroepen de gelegenheid om de begrotingsplannen grondig te bestuderen en Kamerfracties te bewerken. Het resultaat was een gedegen, tweedaags debat over een aantal concrete zaken. Burgers begrepen heus niet alles, maar ze snapten dat het proces hun directe belangen raakte.

Eric VrijsenEric Vrijsenwerkte bijna 45 jaar in de journalistiek. Na een stage bij NRC Handelsblad begon hij in 1980 bij het Eindhovens Dagblad/Brabants Dagblad. Sinds 1990 werkt hij voor Elsevier/EW.

 

In 1981 werd hij Haags verslaggever. Met onderbrekingen als buitenlandcorrespondent, binnenlandredacteur en economieredacteur, werkte hij in totaal 34 jaar op het Binnenhof.

 

Deze terugblik is het laatste artikel van Vrijsen voor EW. Het is een dankwoord aan zijn Haagse bronnen en vooral aan de trouwe lezers van EW.

In 1993 werd op voorstel van de PvdA besloten het Kamerdebat daags na Prinsjesdag te houden. Spannender en dus mediagevoeliger. Het resultaat – zie vorige week – is een parlementair kooigevecht zonder heldere uitkomst. Massa’s kiezers kunnen niet anders dan concluderen dat Den Haag zo in zichzelf verstrikt is geraakt dat het land eronder lijdt.

Rond 1993 begon ook de ‘traditie’ van de mooie, gekke en dure hoeden op het hoofd van de dames-politici. Mooi, feestelijk, maar ook weer een signaal dat Den Haag vooral met zichzelf bezig is. Waar moet dit eindigen?

Epiloog: Terugkeer volkspartijen

In de tijd van het Treinberaad waren er grote volkspartijen en kleine getuigenispartijtjes. De eerste soort – CDA, PvdA, VVD – was pragmatisch. Om hun achterban te bedienen, sloten ze compromissen. Dit waren de natuurlijke regeringspartijen. De tweede soort was principieel, maar onvoldoende compromisbereid om te regeren. D66 zat er een beetje tussenin. Zoals toen werd gezegd: ‘D66’ers zetten hun Saab op het parkeerterrein en excuseren zich dat ze niet per trein zijn gekomen.’

Anno 2024 bestaan er alleen grote en kleine getuigenispartijen. De volkspartijen gingen teloor. Maar misschien vormen de laatste verkiezingen een trendbreuk. Flankpartij PVV maakte een klapper (37 zetels) door in de campagne de toon te matigen. Indien Wilders zijn PVV democratiseert, kan daaruit een nieuwe bestuurlijke volkspartij groeien. Met een herstelde Pieter Omtzigt of misschien juist zonder hem, kan ook NSC zich ontwikkelen tot een links-rechtse volkspartij. De PvdA van Frans Timmermans herstelt zich in oude glorie, zodra hij – met GroenLinks en SP – een streng migratiebeleid propageert. Ook BBB, CDA en VVD kunnen opeens weer opbloeien.

Achter de schermen zeggen de meeste politici dat ze het graag zouden willen, weg uit de compromisloze cultuur van nu. Ooit keren ze dus weer, de oude volkspartijen. Premier Schoof had het over ‘bevlogen pragmatisme’. De democratie zal een nieuw evenwicht vinden. De ‘crisis’ wordt telkens uitgeroepen, maar het politieke stelsel herstelt keer op keer. Hoe langer ik erin meedraaide, hoe rustiger ik de volgende fase durfde af te wachten. De trein vertrekt om half negen. De nieuwe volksvertegenwoordigers hoeven alleen nog in te stappen. Hun Treinberaad begint zo weer.