In vrijwel het hele land doen zich ‘Amsterdamse taferelen’ voor op de huizenmarkt. Toch blijven de verschillen tussen de hoofdstad en de rest van Nederland groot.
Dat blijkt uit onderzoek van weekblad Elsevier in samenwerking met onderzoeksbureau Calcasa uit Delft.
In de grote steden als Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, maar ook Amersfoort, Groningen, Maastricht en Breda zorgt een grote vraag voor gespannen situaties op de huizenmarkt. Populaire woningen worden vaak snel en flink boven de vraagprijs verkocht. Voor huizenzoekers zonder veel eigen geld is het hier lastig om een geschikte en betaalbare woning te vinden.
In Amsterdam steeg de huizenprijs met 29 procent ten opzichte van het dieptepunt van de markt in 2013, in Rotterdam en Den Haag met respectievelijk 16,5 en 16,3 procent.
Deze week in Elsevier: ‘Binnen tien minuten een bod’
Grote verschillen
Toch blijven de regionale verschillen groot. In kleinere plaatsen als Staphorst, Dalfsen, Hardenberg en Ommen stegen de prijzen maar met 2 procent ten opzichte van drie jaar geleden.
Op plekken als Maasdriel, Neerijnen, Zaltbommel en Culemborg is de crisis nog altijd voelbaar. Hier liggen de prijzen nog altijd zo’n 13 procent lager dan op het hoogtepunt voor de crisis. Ter vergelijking: in Amsterdam zijn de prijzen alweer 14 procent hoger dan tijdens de piek van de markt in 2008.
Wilt u weten hoe uw gemeente ervoor staat? Bekijk dan hier de interactieve kaart...