Oost-Europese landen ‘exporteren hun werkloosheid naar Oostenrijk’, en de Europese Unie (EU) moet zich inspannen om een einde te maken aan de negatieve gevolgen van het vrij verkeer van personen voor bepaalde EU-landen. Dat zegt de Oostenrijkse bondskanselier Christian Kern.
Tijdens de lancering van een economisch plan voor de komende tien jaar, geeft Kern aan dat hij met EU-landen wil samenwerken, zodat eigen burgers voorrang krijgen bij het solliciteren naar banen. Werkgevers mogen onder huidige wetgeving geen voorkeur geven aan sollicitanten uit eigen land.
Vindt Kern zijn bondgenoot in Nederland? Asscher roept EU-collega’s op vrij verkeer te beteugelen
Kern hoopt kiezers terug te winnen
De voorstellen om vrij verkeer van personen en diensten aan banden te leggen, worden gezien als poging van Kern om aan populariteit te winnen onder kiezers. Zijn Sociaaldemocratische Partij van Oostenrijk moest de afgelopen jaren vaak toekijken hoe kiezers overstapten naar bijvoorbeeld de FPÖ en de Groenen.
Ook in Oostenrijk hebben de traditionele partijen het zwaar. Anti-establishment-partijen winnen aan populariteit, onder meer door de migratiecrisis en de toenemende bemoeienis van de Europese Unie.
Mede daarom lanceerde Kern juist in Wels dit economische plan. De stad koos in 2015 een burgemeester van FPÖ, die met bijna 63 procent van de stemmen won van de SPÖ-burgemeesterskandidaat in de tweede ronde. ‘Ik wil mijn excuses aanbieden aan teleurgestelde kiezers,’ aldus Kern.
Grote beloftes Oostenrijkse economie
De sociaaldemocraat pakt groots uit met dit Plan A, zoals het programma wordt genoemd. Hij kondigde een minimumloon aan van 1.500 euro per maand, en hij wil ‘ongekend’ ingrijpen om een einde te maken aan het red tape, de vele bureaucratische regels voor het midden- en kleinbedrijf. Daarnaast belooft hij 200.000 nieuwe banen in 2020, en op lange termijn zelfs volledige werkgelegenheid.
Met zijn linkse kijk op het vrij verkeer van diensten, schaart Kern zich overigens bij een groep Europese linkse partijen, die willen opkomen voor de laagopgeleiden in eigen land die worden benadeeld door ‘oneerlijke concurrentie’. Ook de kersverse PvdA-leider Lodewijk Asscher wil samenwerken met zijn collega’s om een einde te maken aan het ‘ongelijke speelveld’.
Volgens de PvdA-leider biedt Brexit de ideale kans om de arbeidsmarkt in Europa ‘eerlijker’ te maken. ‘Europa is voor veel mensen een symbool geworden van sociaal onrecht. Daarom zijn nieuwe, eerlijke en progressieve spelregels nodig.’