Na het Britse vertrek uit de Europese Unie blijft het Verenigd Koninkrijk open for business. Er zal geen sprake zijn van protectionisme, onderstreept de Britse regering.
Niemand heeft bij het EU-referendum van vorig jaar gestemd tegen een Verenigd Koninkrijk dat niet meer aan handel doet, is de boodschap van de Conservatieve minister van Financiën Philip Hammond en staatssecretaris Greg Clark (Bedrijfsleven). De handel die het land bedrijft is een ‘triomf van de 21ste eeuw’, en dat moet zo blijven.
Het verzet tegen vrijhandelsverdragen neemt toe en steeds vaker klinkt de roep om protectionisme. Dat is ronduit schokkend >>
Transitieperiode
De bewindslieden werken al weken achter de schermen aan een Brexit waarbij het bedrijfsleven niet al te veel schade oploopt, en het land niet te protectionistisch wordt.
De kans is groot dat het Verenigd Koninkrijk geen deel meer uitmaakt van de interne markt na de Brexit. Als dat gebeurt, willen Clark en Hammond zorgen voor een transitieperiode, waarin de Britten ‘dichtbij’ de interne EU-markt blijven tot er een nieuwe handelsovereenkomst is. Een nieuwe deal tussen de Britten en de Europese Unie kan nog jaren duren.
‘Ready on Day One’
Ook backbenchers, minder prominente parlementariërs, komen met plannen om ervoor te zorgen dat het Verenigd Koninkrijk zijn handelsrelaties niet verliest. De Conservatieve parlementariër Charlie Elphicke kwam dinsdag met een rapport genaamd Ready on Day One. Belangrijkste onderdeel is een ‘nieuw tijdperk waarin de banden met Frankrijk worden aangehaald’.
Elphicke vertegenwoordigt het kiesdistrict van de havenstad Dover, dat sterk afhankelijk is van internationale handel. Dagelijks komen duizenden vrachtwagens door Dover. Als de grenzen sluiten, krijgt alleen Dover al te maken met misschien wel 300 miljoen douaneaangiften per jaar, volgens handelsorganisatie FTA.
‘Wij hopen dat we alsnog een handelsdeal kunnen sluiten en kunnen handelen zonder torenhoge tarieven, ondanks het feit dat we waarschijnlijk uit de Europese interne markt stappen,’ stelt Elphicke. De parlementariërs zeggen erop te vertrouwen dat de regering zich inzet voor nieuwe handelsovereenkomsten. Maar binnen twee jaar kan weinig worden bewerkstelligd, aldus Elphicke.
Zorgen over toekomst van handel
Nu de Britse regering volop onderhandelt met de Europese Unie, onder leiding van Brexit-minister David Davis, maken politici en het bedrijfsleven zich steeds meer zorgen over de economische positie van het Verenigd Koninkrijk na maart 2019, wanneer het land officieel uit de EU moet stappen.
Interview met de machtigste ambtenaar in The City: ‘Ook na Brexit blijft Londen razend populair bij banken’
Om de pijn te verzachten, hopen de Britten op een gunstige handelsdeal met de EU en mogelijk met andere landen. Brussel heeft daar wel oren naar, maar eist eerst zekerheid over de rechten van EU-burgers in het Verenigd Koninkrijk en over de scheidingsrekening die de Britten moeten betalen. Als de partijen daar voor maart 2019 uitkomen, wil de EU pas overwegen een nieuwe handelsovereenkomst te bespreken.