Sinds het echec van het pensioen in eigen beheer, heeft de ondernemer bijna geen opties meer om een fiscaal gunstige oudedagsvoorziening op te bouwen. Dat is niet erg, want het gaat om financieel resultaat.
‘Wij kennen veel ondernemers die vanuit een fiscale benadering pensioen hebben opgebouwd, vaak op advies van hun accountant,’ zegt Jack Borremans (51), pensioenconsultant bij Montae & Partners. Met grote financiële problemen tot gevolg. In het afgelopen decennium stonden tienduizenden besloten vennootschappen (bv’s) onder water als gevolg van te goudgerande pensioenen voor de ondernemer, zegt Borremans.
Onder directeuren-grootaandeelhouders (dga, de ondernemer met een bv) was het lange tijd populair om in de eigen bv een pensioen op te bouwen, het zogenoemde pensioen in eigen beheer. De belastingvoordelen waren groot, zonder dat het direct geld kostte.
Goed pensioen was van later zorg
De bv beloofde een vast, jaarlijks pensioen aan de eigenaar, en daarvoor trof de bv een pensioenvoorziening. Die voorziening is een schuld van de bv aan de dga: een papieren exercitie, waarvoor vaak geen euro opzij werd gezet.
‘Dat de dga later ook echt een pensioen nodig heeft om van te leven, was van latere zorg,’ zegt Borremans. Het idee was dat die pensioenschuld zou kunnen worden ingelost met de toekomstige verkoopopbrengst van het bedrijf. De opbrengst zou voldoende moeten zijn om het pensioen aan de ondernemer ook echt te kunnen uitkeren.
Een bv die begin 2000 aan een veertigjarige dga een pensioen van 50.000 euro beloofde, hield rekening met een benodigde voorziening van ongeveer 600.000 euro. Dat zou de bv op pensioendatum dan ook waard moeten zijn.
Maar zeker na 2010 begon de rente als gevolg van de eurocrisis hard te dalen. Door fiscale regels had dat een enorm opwaarts effect op de pensioenvoorziening. De pensioenvoorziening voor de nu zestigjarige dga komt bij de huidige rente niet uit op 6 ton, maar op anderhalf miljoen euro, rekent Borremans voor.
Pensioenvoorziening explodeerde door dalende rente. En toen?
Veel bv’s keken zo aan tegen een pensioenschuld die veel hoger uitpakte dan gedacht, en ook vaak veel hoger was dan de waarde van de bv. De bv kon zijn pensioentoezegging aan de dga daardoor niet nakomen. ‘De bv heeft een echte schuld aan de eigenaar van diezelfde bv,’ zegt Borremans.
Het beloofde pensioen moet namelijk worden uitgekeerd. Doorstrepen van de pensioenregeling stond de fiscus niet toe. Die zou dan belastinginkomsten over het pensioen mislopen, terwijl in het verleden daarvoor wel forse aftrekposten zijn opgevoerd.
MKB in de knel door dalende rente
Toch was het gegeven dat een aanzienlijk deel van het midden- en kleinbedrijf niet meer kon ondernemen door fiscale pensioenproblemen, niet acceptabel. Na jaren van discussie en veel debatten in de Tweede Kamer, kwam het tot een compromis. De pensioenschuld kon alsnog geheel of gedeeltelijk worden doorgestreept, met een gunstige fiscale afkoop- of overgangsregeling. Voor ‘nieu-we gevallen’ is eigen beheer niet meer toegestaan.
De problemen met het pensioen in eigen beheer laten zien dat de oudedagsvoorziening van de dga een ingewikkeld vraagstuk is. Zakelijke en privébelangen lopen kriskras door elkaar. Maar uiteindelijk gaat het erom dat de dga als privépersoon een goed pensioen heeft.
Voor veel ondernemers is de onderneming het pensioen. ‘Risicovol, want een economische crisis laat zich niet timen,’ zegt Borremans. Het zogeheten verkoopklaar maken van de onderneming verdient daardoor veel aandacht. Een traject dat vijf tot tien jaar in beslag kan nemen. Zaak om op tijd te beginnen, om het bedrijf later zo goed mogelijk in de etalage te kunnen zetten.
Een sterk managementteam samenstellen, financiële rapportages uitbreiden en het bedrijf zogenoemd herstructureren zijn daarvan onderdelen, zegt Borremans. ‘Je kunt verschillende bedrijfsactiviteiten en het vastgoed onderbrengen in aparte bv’s. Dat heeft als voordeel dat ook kopers met beperkte financieringsmogelijkheden onderdelen van het bedrijf kunnen kopen.’
Aanvullend sparen voor het pensioen
De ondernemer die daarnaast meer wil sparen voor zijn pensioen, heeft niet veel fiscale opties meer. Belastingheffing (aanmerkelijkbelangheffing) kan worden uitgesteld door de winst van de bv niet meteen uit te keren, maar pas later. Met de niet uitgekeerde winst kan de dga beleggen, door een beleggingsrekening op naam van de bv te openen.
De bv kan ook extra loon uitkeren in plaats van winst, en de dga kan dat op een lijfrentebeleggingsrekening storten. De extra loonbelasting valt weg tegen de extra aftrek door de lijfrentestorting.
De dga kan ook meteen afrekenen met de fiscus door de winst te laten uitkeren en het bedrag op zijn of haar beleggingsrekening te storten. Daarover betaalt de dga dan elk jaar vermogensrendementsheffing in box 3. Wat uiteindelijk de beste keus is, hangt af van de financiële situatie van de onderneming, de privéfinanciën en de doelstellingen van de ondernemer.