In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen zet EW de standpunten van diverse partijen over belangrijke thema’s op een rij. Vandaag biedt economieredacteur Jeroen van Wensen een overzicht van de doorgerekende plannen met AOW en pensioen.
Schuiven met de AOW-leeftijd, minder fiscale mogelijkheden om pensioen op te bouwen, verplicht sparen voor ondernemers. Het zijn voorstellen die komen uit het concrete arsenaal aan pensioenplannen die politieke partijen hebben laten doorrekenen door het Centraal Planbureau (CPB).
Bijna alle partijen pleiten voor de invoering van een flexibele ingangsdatum van de AOW (ingangsdatum in 2021 is 66 jaar en 4 maanden). De meeste partijen stellen voor om een keuze toe te voegen voor een latere startdatum. 50Plus stelt daarnaast ook eerder opvragen voor.
Lees ook: Belastingjacht op rijken en bedrijven
‘Actuarieel neutraal’ is hierbij het toverwoord. Eerder opvragen betekent een lagere AOW-uitkering, later opvragen juist een hogere uitkering. Uitgaande van de gemiddelde levensverwachting blijft het totaal aan te ontvangen uitkeringen voor de AOW’er op voorhand even hoog. Het levert dit overzicht op:
50Plus: tot 5 jaar later, 2 eerder
VVD: tot 5 jaar later
CDA, D66, PvdA, SGP, Denk: tot 3 jaar later
AOW start op leeftijd van 66 jaar en 4 maanden
Dit jaar start de AOW op een leeftijd van 66 jaar en 4 maanden. De ingangsleeftijd loopt op naar 67 jaar in 2024, en is daarna gekoppeld aan de levensverwachting. Stijgt de levensverwachting van ‘de Nederlander’ met een jaar, dan stijgt de ingangsdatum van de AOW met acht maanden. Daalt de levensverwachting, dan daalt de ingangsdatum niet mee.
Twee partijen hebben op dit punt nog afwijkende standpunten. De SP is wars van een flexibele ingangsdatum, en wil dat de AOW-leeftijd weer daalt naar 65 jaar. Precies het tegenovergestelde wil de SGP, met een pleidooi voor een snellere stijging van de AOW-leeftijd. Voor elk extra jaar aan levensverwachting, een stijging van 10 maanden. Dat betekent dat de dertiger van nu, ergens rond de jaren zestig van deze eeuw, tien maanden later met pensioen kan.
Minder pensioenopbouw voor werknemers
Een andere populaire maatregel is het versoberen van de pensioenplicht. Wie bij zijn werkgever pensioen opbouwt, hoeft dat van VVD en D66 alleen verplicht te doen tot een (pensioengevend) loon van maximaal 60.000 euro per jaar. Meer opbouwen mag, maar is niet verplicht. De huidige grens (‘aftoppingsgrens’) ligt bij een (pensioengevend) loon van 112.158 euro per jaar.
Twee onderzoekers van het kenniscentrum van ABN AMRO MeesPierson zetten voor EW op een rij wat hun plannen zijn met inkomen en vermogen. Lees ze hier:
Deel 1: PvdA
Deel 2: CDA
De SGP stelt voor om de aftoppingsgrens te verlagen naar 80.000 euro per jaar. Tot dat bedrag kan dan nog via ‘de omkeerregel’ voor pensioen worden gespaard (inleg vrijgesteld, pas bij uitkeren belast). De ChristenUnie gaat hierin een stap verder, en stelt een loon voor van maximaal 60.000 euro per jaar.
Juist meer pensioen voor witte vlek en zelfstandige
GroenLinks vindt dat werknemers die nu geen verplicht pensioen opbouwen (de zogeheten witte vlekken) dat wel moeten doen. Tot een inkomen van 60.000 euro. PvdA denkt er net zo over, maar dan tot een inkomen van 80.000 euro.
De pensioenplicht voor zelfstandigen (zzp’ers) is ook populair bij de partijen aan de linkerkant. GroenLinks wil verplichte pensioenopbouw tot een inkomen van 60.000 euro per jaar, daarover moet 10 procent aan pensioenpremie worden afgedragen. PvdA en SP denken aan een inkomen van 80.000 euro per jaar, en ook aan een pensioenpremie van 10 procent.
Overige zaken
Huiseigenaren krijgen de mogelijkheid om vijf jaar geen pensioenpremie te betalen, schrijft de VVD. Die premie moet worden gebruikt voor het eigen huis, bijvoorbeeld voor de aflossing van de hypotheek.
50Plus pleit voor een nieuw in te voeren, vrijwillige spaarloonregeling. Werknemers en zzp’ers met inkomens tot 50.000 euro kunnen sparen voor een uitkering ineens of periodieke uitkering als aanvulling op het pensioen.
Verantwoording
VVD, CDA, D66, GroenLinks, SP, PvdA, ChristenUnie, SGP, DENK en 50Plus hebben hun plannen laten doorrekenen door het CPB. In die plannen staan ook voorstellen om bijvoorbeeld de AOW-uitkering te verhogen, of om de AOW te fiscaliseren. Die voorstellen staan hierboven niet uitgewerkt, doordat een AOW-verhoging op zich weinig zegt, als daar allerlei lastenverzwaringen en lagere toeslagen mee samenhangen. Wat dat betreft kunnen de koopkrachtplaatjes van het CPB meer inzicht bieden: