Een van de oplossingen om het tekort aan (geschikte) arbeidskrachten op te vangen is werkenden langer te laten doorwerken. Vooral bij de miljoenen deeltijdwerkers zijn er heel wat arbeidsuren te winnen. In geen enkel land in de Europese Unie zijn er zoveel parttimers als in Nederland. Wie werken er in deeltijd? En waarom?
1. Hoeveel mensen werken er in deeltijd?
In het eerste kwartaal van 2021 werkten 4,5 miljoen Nederlanders in deeltijd. Voor het eerst sinds 2003, toen het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) begon met het inventariseren van deze gegevens, waren er meer deeltijders dan voltijders: een verschil van 56.000 werkenden (zie ‘Voltijd en deeltijd’ hieronder).
Voltijd en deeltijd
Aantal werkenden met een voltijd- en deeltijdbaan
2. De meeste vrouwen hebben geen volledige werkweek
Driekwart van de Nederlandse vrouwen heeft betaald werk, staat in de Emancipatiemonitor 2020 waarvoor het Sociaal en Cultureel Planbureau en het CBS cijfers verzamelden. De arbeidsdeelname van vrouwen ligt alleen hoger in de Baltische staten, Zweden, Finland en Duitsland.
Nederlandse vrouwen werken relatief vaak, maar ook opvallend kort. Van de werkende vrouwen heeft 73 procent een deeltijdbaan. In geen enkel ander EU-land is dat percentage zo hoog. Het EU-gemiddelde is 30 procent. De Nederlandse mannen staan overigens ook op de eerste plek wat betreft deeltijdwerk: 23 procent van de werkende mannen werkt parttime (EU: 8 procent).
Laagopgeleiden werken vaker in deeltijd dan hoogopgeleiden. Maar onder hoogopgeleiden zijn er ook verschillen. Met het arbeidsmarktonderzoek Studie & Werk 2021 van EW en SEO Economisch Onderzoek is aangetoond met welke studies de kans het grootst is dat afgestudeerden na tien jaar parttime werken.
De hbo’ers die het minst vaak een week van vijf dagen werken, zijn afkomstig van de studies logopedie, creatieve therapie en mondzorgkunde. Van de afgestudeerde verloskundigen werkt na tien jaar niemand volledige werkweken. Overigens is dat niet verwonderlijk, omdat bevallingen zich niet allemaal tijdens kantoortijden afspelen. Boven in de lijst staan ook verpleegkunde en pabo: studies waarvan de afgestudeerden gewild zijn.
Bij de academici gaat het om pedagogische wetenschappen, de universitaire lerarenopleiding talen en gezondheidszorg psychologie.
Opleidingen tot maritiem officier, civiele techniek en technische bedrijfskunde in het hbo en finance, economie en innovatiemanagement aan universiteiten leveren juist veel ‘voltijdwerkers’ op. Op ewmagazine.nl/studiewerk is voor alle studies na te gaan hoeveel dagen de afgestudeerden werken, zowel vlak na het behalen van hun diploma als na tien jaar.
3. Waarom langer werken?
Er is een tekort aan (geschikt) personeel. Een groot deel van de spanning op de krappe arbeidsmarkt kan worden weggenomen als de 4,5 miljoen deeltijdwerkers meer gaan werken, dat wil zeggen: meer uren.
Simpel geredeneerd zijn er wekelijks negen miljoen arbeidsuren te winnen als alle parttimers er twee uur bovenop gooien. Daarbij is er voor het gemak even geen rekening gehouden met het netto-urenverlies doordat betaald werk vaak in de plaats komt van onbetaalde uren.
Langer werken is niet alleen goed voor de economie, maar ook voor de werkenden zelf. Van de vrouwen is 53 procent financieel onafhankelijk, blijkt uit de cijfers van het SCP en het CBS. Dat wil zeggen dat zij ten minste het minimumloon verdienen. Van de mannen is 76 procent financieel onafhankelijk. Vier van de tien huwelijken stranden en na een scheiding nemen vrouwen doorgaans de meeste zorg over de kinderen op zich. Samenwoonrelaties zijn nog minder stabiel. Niet voor niets is het voor veel eenoudergezinnen lastig om rond te komen.
4. Geen zin in volle werkweken?
Vrouwen hechten evenveel aan betaald werk als mannen. De vaakst genoemde redenen waarom vrouwen in deeltijd werken, is dat ze naast hun betaalde baan meer uren dan mannen besteden aan het huishouden en de kinderen.
De meeste mannen en vrouwen vinden dat het huishouden en de zorg voor kinderen gelijk moeten worden worden verdeeld, maar in de praktijk is de taakverdeling traditioneler. Slechts een kwart van de ouders die vinden dat werk en zorgtaken gelijk moeten worden verdeeld, doet dat ook.
Onder bepaalde voorwaarden – zoals een betere afstemming van werk en privéleven, de mogelijkheid om thuis te werken of als het huishoudinkomen te laag is – zou 70 procent van de vrouwen die nu parttime werken best meer uren willen werken. Hun gemiddelde arbeidsduur zou daardoor met een volledige werkdag per week kunnen toenemen van 24 naar 31 uur.