De coalitiepartners (VVD, CDA, CU en D66) willen werk maken van de hervorming van de arbeidsmarkt. Dat wilde het vorige kabinet ook, maar door de corona-uitbraak kwam het er niet van.
De plannen van de nieuwe coalitie zijn gestoeld op het vorig jaar uitgebrachte advies van de commissie Regulering van Werk onder leiding van voormalig topambtenaar Hans Borstlap, en het advies van de Sociaal-Economische Raad (SER) van afgelopen zomer. Hoewel bij beide adviezen uitdrukkelijk is gezegd dat het niet de bedoeling is dat het kabinet erin gaat shoppen – omdat alles met elkaar samenhangt – lijken de coalitiepartners dit toch te hebben gedaan. De uitwerking kan het tegendeel nog bewijzen, want de plannen zijn nog niet heel gedetailleerd. De coalitiepartners willen voor de hervorming in elk geval 500 miljoen euro per jaar uittrekken.
Minimumloon gaat omhoog
Een kleine greep uit de twee en een half pagina’s tellende plannen. Het meest concreet is het voornemen om het minimumloon stapsgewijs met 7,5 procent te verhogen, gebaseerd op een werkweek van 36 uur. Nu verschilt het minimumloon per sector, omdat ook de duur van de werkweek varieert. Dat wordt gelijkgetrokken, naar het idee van het initiatiefwetsvoorstel van PvdA-Kamerlid Gijs van Dijk en Senna Maatoug (GroenLinks). Vakbond FNV vindt de verhoging schamel, omdat het neerkomt op 80 cent per uur over vier jaar. De koppeling met de uitkeringen, met uitzondering van de AOW, blijft behouden. Dit betekent dus dat de financiële prikkel om werk te zoeken gelijk blijft. Om die reden bepleit de VVD al langer dat die koppeling wordt losgelaten: dan gaan meer mensen aan het werk.
Verschil vast en flex wordt kleiner
Ook wil de coalitie aan de slag met de door velen verfoeide ‘doorgeslagen flexibilisering’, ‘te veel mensen in Nederland zijn afhankelijk van tijdelijke contracten,’ aldus het akkoord. De coalitie wil de verschillen tussen vast en flex verkleinen door oproep-, uitzend- en tijdelijke arbeidscontracten beter vorm te geven. Hoe is nog niet duidelijk. Ze wil in overleg met de sociale partners een ‘budgettair neutrale deeltijd-WW’ uitwerken, om zo de interne wendbaarheid van bedrijven te blijven waarborgen. Veel werkgevers zijn namelijk bang om mensen in vaste dienst te nemen, omdat ze dan tijdens een dip vastzitten aan personeel. Een nieuwe ‘budgettair neutrale deeltijd-WW’ moet die angst wegnemen. Daarin wijkt het af van het SER-akkoord, die de kosten hiervoor wilde doorschuiven naar de belastingbetaler. Het plan is meer in lijn met die van de commissie-Borstlap, die ook had opgetekend dat de kosten door werkgevers en -nemers moesten worden gedragen.
Webmodule voor zelfstandigen behouden
De coronacrisis heeft ‘extra duidelijk gemaakt dat een groot deel van de zelfstandigen zich in een uiterst kwetsbare positie bevindt,’ analyseerde demissionair minister Wouter Koolmees (D66) van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de zomer in een Kamerbrief. ‘Gebrekkige bescherming, onduidelijkheid over de kwalificatie van de arbeidsrelatie en onwenselijke concurrentie op arbeidsvoorwaarden laten in het licht van deze crisis zien dat hervormingen op de arbeidsmarkt nodig zijn,’ zo schreef hij. Onduidelijkheid over de kwalificatie van de arbeidsrelatie leidt tot zogenoemde schijnzelfstandigheid. Maar tijd om die hervormingen door te voeren, had hij niet, omdat hij uiteindelijk met zijn ministerie dag en nacht bezig was om noodpakketten voor ondernemers op te tuigen, zoals de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid. En daarna met het formeren van een nieuw kabinet.
Nu is het plan om de zogenoemde webmodule verder te ontwikkelen. Via dat online vragenformulier zouden zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) vooraf duidelijkheid kunnen krijgen of hun arbeidsrelatie tot de opdrachtgever gecategoriseerd gaat worden als dienstverband of niet. De coalitie wil de handhaving op schijnzelfstandigheid verbeteren.
Daarnaast wordt de zelfstandigenaftrek vanaf 2023 met stappen van 650 euro teruggebracht tot 1.200 euro in 2030. Zelfstandigen worden gedurende de kabinetsperiode gecompenseerd via de verhoging van de arbeidskorting.
Tot slot komt er een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor alle zelfstandigen, zoals eerder al was afgesproken in het pensioenakkoord. Koolmees wilde deze verzekeringsplicht al afgelopen zomer invoeren, maar dat is uiteindelijk dus niet gelukt.
Urgentie voor hervorming arbeidsmarkt
De arbeidsmarkt piept en kraakt aan alle kanten en de urgentie om het te hervormen werd en wordt gevoeld door de politiek. Vakbonden, werkgeversbonden en Hans Borstlap zelf, hopen dat er nu echt iets gaat gebeuren. Het is een taai dossier, waar belangen soms recht tegenover elkaar staan. Maar het voorbereidende werk, zoals het opstellen van rapporten en het bereiken van overeenstemming, is gedaan. Het kan en hoeft nu niet langer te wachten tot de coronacrisis is opgelost.