Krimp contant gaat razendsnel: zo betaalt de Nederlander

Betalen met de smartphone is in opkomst. Foto: Sem van der Wal/ANP

Het betaalgedrag verandert snel. Zelfs pinpas is bestaan niet zeker.

Dertig jaar geleden werd het woord ‘pinnen’ opgenomen in de Van Dale. Betalen in een winkel deed je tot die tijd vooral contant, en soms met cheques. De pinpas was ook handig om geld ‘uit de muur’ te trekken bij een geldautomaat. Hoewel pinnen gestaag op kwam, bleven veel mensen contant betalen. Maar corona lijkt de genadeklap te zijn geweest voor contant – mensen vonden het gevaarlijk munten en biljetten van hand tot hand te laten gaan (zie de grafiek ‘Cash krimpt’).

De daling gaat zo snel dat De Nederlandsche Bank vreest dat de infrastructuur voor contant op het spel staat. Geld­automaten verdwijnen al op grote schaal en banken zitten steeds minder te wachten op contant stortende klanten.

Terwijl de pinpas dominanter wordt, is ook die zijn leven niet zeker. In korte tijd zijn smartphones, slimme horloges en andere wearables opgekomen als betaalmethode (zie ‘Hoe pinnen we?’). Begin dit jaar ging het al om 100 miljoen transacties per maand tegenover nog geen 350 miljoen pinpastransacties. Het plastic pasje wordt overbodig.

En terwijl vroeger aan de keukentafel acceptgiro’s en overschrijvingskaarten werden uitgeschreven wordt daar nu gewinkeld via internet. Eerder was dat nog iets gewichtigs dat je deed van achter de vaste computer (zie ‘Webshoppen op een…’). Maar nu gebeurt dat bijna de helft van de keren al met de tablet of smartphone.

Betaalmethode iDeal, ontwikkeld door Nederlandse banken, weet daarbij de internationale concurrentie goed af te weren. Maar het zal nog lang duren voordat mensen net zoveel via internet bestellen via iDeal als zij pinnen in de winkel (zie ‘Vaker pinnen dan iDeal’).

Klik op de afbeelding om te vergroten