Zes tips om stroom te besparen: let op deze energieslurpers

De prijzen voor gas en stroom zijn flink gestegen. Hoe kunt u uw verbruik verminderen en welke aanpassingen zijn slim voor de lange termijn? Hieronder zes tips om stroom te besparen.

1.Wat zijn de grootverbruikers?

Het is niet moeilijk om de gebruikelijke verdachten aan te wijzen als het gaat om energieslurpers in huis. Wasdrogers, ijskasten en diepvriezers vormen de weinig verrassende top-3. De laatste jaren zijn daar in veel huishoudens airco’s bijgekomen en ook bubbelbaden en verwarmde zwembadjes. Maar ook in huis kunnen onvermoede stroomslurpers aanwezig zijn.

Sommige apparaten verbruiken simpelweg meer dan je zou denken, zoals een keukenboiler (circa 500 kWh per jaar). Andere zijn op zich niet zo verkwistend, maar staan veel langer aan dan ­nodig. Wie zelf stroom opwekt met behulp van zonnepanelen, betaalt daar (overdag, als de zon schijnt) nauwelijks voor, maar anders tikt het behoorlijk aan.

Bij de huidige stroomprijzen is het extra nuttig om in beeld te krijgen waar u kunt besparen. Daarbij kunnen slimme stekkers behulpzaam zijn. Deze plaatst u tussen het stopcontact en het apparaat waarvan u het verbruik wilt testen, waarna u het verbruik op een schermpje kunt aflezen.

2. Is uit ook echt uit?

Veel apparaten in huis hebben een stand-by-stand, waardoor ze niet volledig zijn uitgeschakeld. Denk aan de tv, het espresso-apparaat, gameconsoles en computers. Daardoor kunt u ze snel weer aanzetten, wat handig is, maar het kost bij oudere apparaten wel extra stroom. Schakel ze volledig uit als dat mogelijk is, of stel in dat ze zichzelf na verloop van tijd helemaal uitschakelen. Trek zo nodig stekkers uit het stopcontact of gebruik een bespaarstekker met één centrale schakelaar om alles in één keer uit te zetten.

3. Nieuwe energielabels

Om aan te duiden hoe energiezuinig apparaten zijn, is er in de Europese Unie een label met kleurcodes ­ingevoerd. Er zijn aparte labels voor verschillende apparaten, zoals was­machi­nes, televisies en ijskasten. Het label raakte enkele jaren geleden verouderd, doordat veel apparaten zo zuinig werden dat ze eigenlijk buiten de schaal vielen. Dat werd opgelost door achter de hoogste score A nog één of meer plusjes te zetten.

In de afgelopen jaren zijn de labels voor onder meer wasmachines, ijskasten en lampen aangepast aan een nieuwe schaal. Dat vertekent het beeld voor bestaande apparaten nogal: een koel-vriescombinatie met het oude label A+ zou op het nieuwe label slechts een F scoren. In de winkel tref je inmiddels alleen nog het nieuwe label aan.

Het lijkt weinig duurzaam om een apparaat dat op zich goed functioneert af te danken, maar moderne wasdrogers en ijskasten zijn zoveel zuiniger in hun energiegebruik dat het toch loont. Het vervangen van een tien jaar oude vriezer van 100 liter met oud energielabel A+ door een nieuwe met label B, kan per jaar bijvoorbeeld 100 kWh (circa 79 euro) schelen.

4. Minder koelen en vriezen

Veel Nederlanders zijn eraan gewend geraakt twee ijskasten in huis te hebben: één in de keuken en nog één in de bijkeuken of garage voor een weekvoorraadje boodschappen of bij feestjes. Bij een verbruik van circa 200 kWh en een stroomprijs van 0,79 euro is dat toch 158 euro in een jaar. Misschien is het dan ook slimmer om de supermarkt uw levensmiddelen te laten koelen en iets vaker een loopje naar de winkel te doen.

5. Slimmer koelen

Zet de ijskast op 4 graden Celsius en zorg ervoor dat hij de warmte goed kwijt kan, anders moet hij extra hard werken om op temperatuur te blijven. Leg producten die u wilt laten ontdooien in de ijskast. Dat is uit het oogpunt van voedselveiligheid sowieso de beste methode, maar zorgt er ook voor dat de ijskast een tijdje minder hard hoeft te werken.

6. Ontdooi de vriezer

Moderne vriezers hebben vaak een functie die ijsvorming voorkomt, maar heeft uw exemplaar dat niet, controleer dan af en toe of er niet te veel ijs tegen de wanden is afgezet. De ijslaag mag niet dikker zijn dan 1 centimeter, anders gaat het echt schelen in verbruik.