Overheidsuitgaven blijven stijgen: elk kwartaal meer dan 100 miljard euro

Foto: Berlinda van Dam/HH/ANP

De overheid schurkte er al een tijdje tegenaan, of ging er licht overheen. Maar sinds het derde kwartaal van 2022 is de grens toch echt duidelijk en definitief overgestoken. De overheid geeft per drie maanden een bedrag met elf nullen uit. Om precies te zijn: 103,6 miljard euro, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de ­Statistiek.

De overheid passeerde die grens voor het eerst tijdens de eerste coronagolf, toen er in het tweede kwartaal van 2020 met flinke steunpakketten werd gestrooid. In de jaren daarvoor gaf de overheid rond 85 miljard euro per kwartaal uit. Maar wie dergelijke eenmalige en andere seizoensgerelateerde zaken wegstreept, ziet dat Nederland nu toch echt structureel minstens 100 miljard euro per drie maanden uitgeeft.

Grootste aanjager overheidsuitgaven: kosten ‘sociale bescherming’

De inflatie heeft de laatste tijd ook haar werk gedaan: daardoor moet ook de overheid steeds meer geld uitgeven om dezelfde spullen en diensten te kunnen kopen. Maar de grootste aanjager van de stijging zijn de stijgende kosten voor ‘sociale bescherming’, waaronder de AOW-uitkering en de zorgkosten. Beide worden gedreven door de vergrijzing.

Maar het is nog niet onbetaalbaar. De economie is doorgegroeid, waardoor de overheid sinds de millenniumwisseling een grofweg even groot deel van de economie voor haar rekening neemt (43,5 procent in het derde kwartaal van 2022). Alleen tijdens crises is dat iets meer. Bovendien kwam er nog altijd bijna 1 miljard euro meer binnen aan belastingen dan er uitging.