Waarom lage rente op spaargeld best logisch is

STIJGING SPAARRENTE BLIJFT FLINK ACHTER BIJ STIJGING ECB-RENTE. FOTO: KIM VAN DAM/ANP

De banken hebben het publicitair (weer eens) niet gemakkelijk. Want sinds de Europese Centrale Bank (ECB) de rente vorig jaar begon te verhogen, luidt wijdverbreid de vraag: waar blijft mijn spaarrente?

Een jaar geleden was zowel de spaarrente als de officiële ECB-rente 0 procent. Inmiddels hanteert de ECB een rente van 3,75 procent, maar de spaarrente steeg niet verder dan 0,75 procent bij de grootste banken. Dat leidt tot gemopper. Zeker omdat ING 1,5 miljard euro aan aandeelhouders teruggaf. Zelfs minister van Financiën Sigrid Kaag (D66) – grootaandeelhouder van ABN AMRO en de Volksbank – zei in gesprek te gaan met de banken over die lage spaarrente.

De spaarder loopt nauwelijks risico

Maar banken komen op grofweg drie manieren aan hun geld, elk met een ander risico voor de geldschieter. Uiteraard is daar het spaargeld. Dat is in Nederland ruim voorradig (436 miljard euro) en is superveilig door het depositogarantiestelsel. De spaarder loopt nauwelijks risico.

Daarnaast lenen banken op de financiële markten, bijvoorbeeld van banken die geld over hebben, of van pensioenfondsen. Die geldverstrekkers lopen meer risico, want ze hebben geen vangnet. Vraag maar aan de kopers van risicovolle obligaties in Credit Suisse, die al hun geld kwijtraakten bij de redding van de bank. En ook in de Verenigde Staten vallen banken bij bosjes (bijna) ‘om’.

Tot slot moeten banken buffervermogen hebben. Dat komt van aandeelhouders. Zij zijn in principe de eerste in de vuurlinie als het misgaat met de bank. Wie wil dat risico nog lopen? Er zijn immers veel meer risicovolle gokjes die je nu op de beurs kunt wagen. Als bank zul je dus erg je best moeten doen om investeerders te paaien. Met geldstrooierij bijvoorbeeld, zoals ING deed. Beter een blije aandeelhouder, dan eentje die wegloopt. En die spaarders? Die kiezen nu eenmaal voor de allerveiligste optie. In de praktijk lopen ze ook veel minder snel weg dan investeerders. Geen wonder dat de spaarrente veel minder meestijgt.