Taiwan mag een soeverein land zijn, economisch is het nog zeer gebonden aan grote tegenpool China. Al neemt die afhankelijkheid wel af.
Taiwanese ondernemers hielpen Peking nog niet zo lang geleden gretig bij het moderniseren van de Chinese economie. Ze verhuisden talloze fabrieken om gebruik te maken van de lage lonen plus allerlei lokkertjes die het vasteland bood, en om de grote Chinese markt te kunnen bestrijken. Van fietsen en paraplu’s tot laptops en chips, de afgelopen drie decennia wisten Taiwanese bedrijven China goed te vinden.
Bekende namen als fietsmerk Giant, elektronicaproducent Acer, Foxconn – dat voor Apple van alles in elkaar schroeft – en TSMC, de chipfabrikant die geldt als een van de strategisch belangrijkste concerns ter wereld: ze trokken allemaal de Straat van Taiwan over met hun kapitaal, bedrijfservaring en internationaal handelsnetwerk. Net als Europese, Amerikaanse, Japanse en Zuid-Koreaanse bedrijven droegen de taishang – Taiwanese ondernemers in China – er sterk aan bij dat China kon uitgroeien tot de op-één-na-grootste economie.
Inmiddels vraagt iedereen in Taiwan zich af: hoe worden we minder afhankelijk van de autoritaire machthebbers in Peking?
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen