Grootste bedrijven niet langer uit Europa: waarde steekt bescheiden af tegen techgiganten

De eerste aandelenbeurs kwam in Amsterdam van de grond met de oprichting van de VOC. In de eeuwen daarna verspreidde het idee van beursgenoteerde bedrijven zich vanuit Europa over ‘de nieuwe wereld’ en de koloniën. Maar inmiddels zijn de meest waardevolle bedrijven niet meer in Europa te vinden.

Amerikaanse technologiebedrijven als Microsoft (beurswaarde 2.800 miljard euro) en Apple (2.640 miljard) hebben nu de grootste beurswaarde. Daar steekt de op zichzelf zeer respectabele 526 miljard euro van het Deense Novo Nordisk vrij bescheiden bij af. De farmaceut is twaalfde op de wereldwijde ranglijst van meest waardevolle bedrijven.

Hoewel Europa geen wereldwijde techgigant van eigen bodem heeft weten op te bouwen, heeft het toch nog altijd diverse succesvolle concerns, met soms uitzonderlijk goede jaarlijkse rendementen voor beleggers. Zo haalden beleggers in ASML de ­afgelopen tien jaar gemiddeld een rendement van 28 procent per jaar (koerswinst en dividend).

Met LVMH, Hermès en L’Oréal is het luxesegment goed vertegenwoordigd in de top-10 van meest waardevolle Europese bedrijven. ASML, SAP, Accenture en Prosus houden de Europese IT- en tech-eer hoog. Siemens is de enige industriële grootmacht, TotalEnergies de enige oil major binnen de grenzen van de Europese Unie.