Jan Paternotte: ‘Stop met het idee dat we vrienden zijn met China’

Tweede Kamerlid Jan Paternotte. Beeld: Peter Hilz/ANP

Eindelijk gaat de Tweede Kamer weer over China in debat: op 18 december. Na lang ijveren van onder anderen Tweede Kamerlid Jan Paternotte (D66) staat het op de agenda.

Paternotte vraagt om een nieuwe ­kabinetsvisie op de strategische omgang met China. Ter voorbereiding bezocht hij een maand geleden Taiwan, samen met de Kamercommissie voor Buitenlandse Zaken.

Ook is Paternotte lid van de Inter-Parliamentary Alliance on China (IPAC), een groep internationale politici uit bijna veertig democratieën die een antwoord wil formuleren op de opmars van China. Een prominent lid van de groep is de aanstaande Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Marco Rubio.

Een vraag-antwoordgesprek met Paternotte over de opmars van China.

EW Hoe moeten we met China omgaan?

Jan Paternotte: ‘Nou, het begint met ons uitgangspunt, dat is op dit moment verkeerd. Het kabinet heeft een enkele jaren oude China-strategie waarin staat dat China een concurrent én een partner is. De grap is dat China daar heel anders naar kijkt. President Xi Jinping is er vrij open over: die democratische wereld is zijn ­rivaal en daarvan wil hij onafhankelijk worden. China wil dominant worden in alle eco­nomische sectoren.’

EW Wat moet Nederland daarop zeggen?

Paternotte: ‘Wat in de huidige strategie staat, is allemaal waar, maar kies een uitgangspunt. Stop met het idee dat we vrienden zijn. China is een bedreiging voor de huidige wereldorde en daarmee voor de democratische wereld. Punt.’

EW Wat hoorde u bij uw bezoek aan Taiwan?

Paternotte: ‘Waar Taiwanezen om geven, is dat ze vrij kunnen ademen, vrij kunnen rondlopen en niet in een surveillance-dictatuur hoeven te leven zoals de Chinezen. Dat is uiteindelijk de kern. Ze hebben gezien wat in Hongkong is gebeurd. Daar is die vrijheid beknot door Chinees ingrijpen. Taiwan is zich dondersgoed bewust van het risico dat het loopt.’

EW Wat kan Nederland daarin betekenen?

Paternotte: ‘Taiwan is heel blij wanneer wij met een marineschip door de Straat van Taiwan varen. Dat is geen uitlokking. Daarmee geven we aan dat Nederland die Straat als internationaal vaarwater ziet. Dat moeten we blijven doen. En ­intussen met Xi in gesprek blijven én dat hij weet dat een inval in Taiwan tot een ongelooflijk hoge prijs zal leiden.’

EW Weten we hoe hoog die prijs is?

Paternotte: ‘Dat is het vreemde. In Nederland bestaat geen doorrekening van de economische schade als China Taiwan binnenvalt en wij sancties opleggen. Er zijn buitenlandse schattingen dat het conflict zo’n 10 procent van de wereldeconomie kapotmaakt. Maar Nederland als handelsland is nog veel kwetsbaarder. Daarin moeten we inzicht krijgen.’

EW Is China nog bang voor Europese sancties?

Paternotte: ‘Daar zit een probleem. Bij de export naar de Europese Unie heeft China nog veel belang, maar dat neemt snel af. En als je in Europa rondvraagt waarin wij een voorsprong hebben op China, dan noemen ze zelfs in Duitsland ASML. In de chipindustrie is Europa nog leidend, zowel op Amerika als op China. Verder is hier niet zo veel te bedenken. We maken hier de beste vliegtuigen ter wereld. Maar goed, je koopt een paar vliegtuigen en je kunt weer twintig jaar vooruit. Verder is er weinig te bedenken. Dat moet veranderen.’

EW Op verzoek van Amerika stelt Nederland ­exportbeperkingen in voor ASML. Maken we onszelf dan niet nóg kwetsbaarder?

Paternotte: ‘Je moet inderdaad naar het Europese belang blijven kijken. Dat kun je zeker met president Trump niet meer een-op-een gelijkstellen aan het Amerikaanse belang. Alleen, we hebben ook een Europees belang om ervoor te waken dat China leidend wordt op het gebied van halfgeleiders. Maar je moet oppassen dat Amerika niet twee vliegen in één klap slaat door een Europese industrie te benadelen en intussen zelf die industrie over te nemen.’