Waarom sommige mensen bewust kiezen voor twee banen in plaats van één

Marike de Meij werkt drie dagen in het ziekenhuis, daarnaast is ze fotograaf. Beeld: Ramon van Flymen

Fotograaf en arts, musicus en jurist. Sommige mensen kiezen bewust voor twee loopbanen in plaats van één. Meer afwisseling, meer sociale contacten en vaak ook meer voldoening. ‘Voor mij is deze combinatie ideaal.’

‘Slashies’ worden ze wel genoemd. Mensen die een slash-teken tussen hun beroepen kunnen plaatsen doordat ze niet één, maar twee of zelfs meer betaalde banen hebben: advocaat / yoga-instructeur, accountant / hovenier of leerkracht / websitebouwer bijvoorbeeld. In 2023 had volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek 8,8 procent van alle werkenden in Nederland een tweede baan, zo’n 852.000 mensen. In 2018 was dat nog 7,4 procent.

Socioloog Stef Bouwhuis (37) deed aan de Vrije Universiteit onderzoek naar het fenomeen multi-jobben. Dan kan het gaan om werk in loondienst of als zelfstandige, of om een combinatie van vast en flexibel werk. Uit zijn onderzoek blijkt dat mensen om verschillende redenen banen combineren. Voor sommigen is het financiële noodzaak: één baan biedt niet genoeg uren of salaris. ‘Deze mensen ervaren het hebben van meer dan één baan vaak als een belasting, zeker als de werktijden niet goed op elkaar aansluiten of als het om zwaar lichamelijk werk gaat. Zij zouden liever met één baan genoeg verdienen.’

Maar de meerderheid van degenen die banen combineren, kiest daar uit vrije wil voor. Deels ook uit financiële overwegingen: sommigen vinden het prettig om naast hun freelance bestaan ook de zekerheid van een vaste baan te hebben. Daarnaast zien banenstapelaars vooral de kwalitatieve pluspunten van het combineren, zegt Bouwhuis. ‘Vaak hebben ze een aantal capaciteiten en interesses waartussen ze in hun loopbaan niet willen of kunnen kiezen. Als multi-jobber hoeven ze dat niet. Dat levert veel op, want door hun verschillende rollen ervaren ze meer afwisseling in taken, hebben ze meer sociale contacten en doen ze andere kennis en vaardigheden op. Als ze banen combineren, hebben ze meer plezier in hun werk dan wanneer ze zich zouden beperken tot één carrière.’

De behoefte aan groter werkgeluk herkent ook arbeids- en organisatiepsycholoog Alex Tegenbosch (61) van iScreen. ‘In het verleden was werk primair bedoeld om inkomen te genereren. Tegenwoordig vinden we het belangrijk dat werk ons ook energie oplevert. Daarbij horen vragen als: hoe krijg ik gedaan dat ik tevreden of zelfs gelukkig ben op mijn werk? Welk werk past bij mij, en op welke manier kan ik daarmee van betekenis zijn in de maatschappij? Het antwoord kan zijn dat je dat werkgeluk niet in één baan vindt, maar in meer banen tegelijk.

‘Misschien krijg je energie van het werken met cijfers, maar wil je daarnaast ook met je handen werken. Of ben je tevreden met je kantoorbaan, maar wil je ook creatief aan de slag. Dan kan het een verrijking van je carrière zijn om het allebei te doen. Zeker nu veel werkzaamheden flexibel of op afstand zijn uit te voeren, is een combinatie van banen voor sommige mensen een uitkomst.’

Dit zijn de nadelen van twee banen

Nadelen zijn er ook. In het onderzoek van Bouwhuis geven ondervraagden aan dat banen combineren een logistieke en sociale uitdaging kan zijn. Tijd- en plaatsgebonden functies sluiten qua werktijden niet altijd goed op elkaar aan. De ene baan of werkgever leent zich daardoor beter voor een combinatie dan de andere. En als je ergens maar één of twee dagen per week werkt, kan het moeilijk zijn een band op te bouwen met collega’s. Bovendien gaat de Belastingdienst in 2025 scherper controleren op de inhuur van zzp’ers. Daardoor wordt freelancewerk waarschijnlijk minder vrij en vrijblijvend dan nu het geval is.

Voordat je besluit te gaan multi-jobben, is het dan ook raadzaam om bij jezelf na te gaan hoe flexibel je zelf bent, adviseert Tegenbosch. ‘Sluit een dubbele carrière aan bij jouw karakter? Kun je bijvoorbeeld makkelijk schakelen tussen bezigheden of raak je snel overbelast als je verschillende dingen tegelijk doet?

‘Naast je werk heb je meer verantwoordelijkheden die tijd en aandacht vragen, in jouw rol als ouder, partner, kind of vriend bijvoorbeeld. Door daaraan een extra baan toe te voegen, maak je de vaak toch al complexe puzzel nog ingewikkelder. Als je je tijdelijk minder goed voelt of veel behoefte hebt aan stabiliteit, ervaar je met twee banen waarschijnlijk vooral stress. Dan wordt je werkplezier juist kleiner. Het is dus aan jou om in te schatten of, en in welke vorm, multi-jobben bij je past.’

Als dat zo is, levert het hebben van meer banen je naast werkgeluk nog iets waardevols op, ontdekte Bouwhuis. Mensen die uit vrije wil multi-jobben, ervaren een groot gevoel van autonomie over hun leven.‘Ze hebben hun leven ingericht zoals zij dat graag willen. En als dat niet meer werkt, kunnen ze het ook zelf veranderen. Daardoor hebben ze meer plezier in hun carrière. Ze combineren hun banen niet omdat het moet, maar omdat het kan.’

Marike de Meij, Lotte Vermeulen en Arno Stoffelsma doen het.

‘Medisch gezien ben ik expert, maar in de fotografie heb ik nog veel te leren’

Marike de Meij (49) is hoofd van het Palliatief Team van het OLVG in Amsterdam en fotograaf.

‘Drie dagen per week werk ik in het ziekenhuis. Met ons team begeleiden we mensen die ernstig ziek zijn en zullen komen te overlijden. Naast het zien van patiënten heb ik geregeld vergaderingen en medische overleggen, ben betrokken bij wetenschappelijk onderzoek en bij beleid, en geef lezingen.

‘Daarnaast ben ik fotograaf. Ik maak vrij werk en portretten. In principe is dat op de twee dagen dat ik niet in het ziekenhuis ben, in mijn studio aan huis. Maar ook op andere tijden zit ik geregeld met fotografie te werken.

‘Toen ik werd ingeloot voor geneeskunde, was ik zielsgelukkig. Na mijn studie ging ik met veel plezier aan de slag als huisarts. Daarnaast begon ik op aanraden van een vriendin aan de Fotoacademie, mijn andere liefde. Ik vond dat zo geweldig dat ik serieus heb overwogen fulltime te gaan fotograferen, maar daarvoor vond ik het vak van arts toch te mooi en te belangrijk. Ik besloot beide werkvelden naast elkaar te laten doorgaan. Vaak probeer ik wel een link ertussen te leggen. Zo werk ik nu aan een fotoserie over rouw en verlies.

‘Op mijn medische vakgebied ben ik expert, maar in de fotografie heb ik nog veel te leren. Dat contrast vind ik leuk, het houdt me in balans. Mijn dagen zitten wel propvol. Soms levert dat stress op, want eigenlijk past het allemaal net niet. Misschien sleutel ik in de toekomst aan de verhoudingen, zodat ik meer tijd krijg voor het één of het ander. Maar ik blijf altijd arts en fotograaf, dat weet ik zeker. Dat ik nooit hóef te kiezen, geeft me rust.’

Marike de Meij werkt drie dagen in het ziekenhuis, daarnaast is ze fotograaf. Beeld: Ramon van Flymen

‘De combinatie vind ik prettig, want zo houd ik structuur in mijn week’

Lotte Vermeulen (40) is cabaretir en forensisch psycholoog.

‘Met mijn soloprogramma Carrousel sta ik dit seizoen ongeveer drie avonden per week in het theater. Ik maak, zoals ik het zelf noem, apocalyptisch cabaret, waarin ik met zwarte humor de actualiteit bespreek en bezing. Ook word ik als cabaretier ingehuurd voor losse opdrachten, bijvoorbeeld voor het satirische radioprogramma Spijkers met koppen.

‘Daarnaast werk ik als forensisch psycholoog. Dat doe ik twee dagen in loondienst en één dag freelance. Ik voer onderzoek uit naar de persoonlijkheid en geestelijke gesteldheid van verdachten. Daarvoor bezoek ik hen in de gevangenis of op de rechtbank. Afhankelijk van de ernst van de zaak loopt zo’n onderzoekstraject tot een aantal weken. Het komt goed uit dat ik daarbij mijn eigen tijd kan indelen. In een week met veel optredens plan ik minder onderzoek, en andersom.

‘Als theatermaker werk ik voornamelijk ’s avonds. Dan is het verleidelijk om de volgende dag lang in bed te blijven liggen, maar door mijn andere werk kan dat niet. Dat vind ik prettig, want zo houd ik structuur in mijn week.

‘Ik zou inmiddels alleen van mijn theaterwerk kunnen leven, maar ik vind de combinatie juist fijn. Als psycholoog lever ik een ander soort bijdrage aan de maatschappij, wat voor mij belangrijk is. Omgekeerd denk ik dat het voor een geëngageerde cabaretier veel waard is als je weet wat er in de “echte” wereld gebeurt. Op het podium praat ik uiteraard nooit over casussen uit mijn praktijk, maar door mijn werk heb ik wel geleerd dat er altijd verschillende kanten aan een verhaal zitten. Die nuance probeer ik te vertalen naar scènes.

‘Laatst moest ik na een onderzoek op de rechtbank meteen door naar een repetitie. Omschakelen na een heftige zitting vind ik gelukkig niet moeilijk. Aan het einde van de autorit zit ik met mijn hoofd weer in het theater.’

Lotte Vermeulen zou van haar cabaretwerk kunnen leven, maar wil ook psycholoog blijven. Beeld: Ramon van Flymen

‘Alles bij elkaar heb ik een meer dan fulltime werkweek’

Arno Stoffelsma (42) is eerste klarinettist bij het Residentie Orkest in Den Haag en senior juridisch medewerker bij advocatenkantoor Dirkzwager, en werkt daarnaast nog achter de schermen bij muziekcollectief Pynarello.

‘Bij het orkest ben ik in loondienst, ik heb een contract voor 65 procent. Bij het advocatenkantoor heb ik een contract voor drie dagen. Voor Pynarello werk ik als zzp’er, zo’n 8 tot 12 uur per week. Alles bij elkaar dus een meer dan fulltime werkweek, maar met strakke organisatie lukt het prima.

‘Mijn agenda van het orkest is leidend. Daarin zit vrijwel geen flexibiliteit. Vier of vijf ochtenden per week repeteren we, in het weekend zijn de concerten. In april krijgen we het rooster met alle repetities en concerten voor het hele seizoen. Ik weet dus altijd precies wat ik moet doen van september dat jaar tot juli het jaar daarop. Daar plan ik mijn andere werk omheen.

‘Als juridisch medewerker verzorg ik voorbereidende werkzaamheden voor advocaten. Ik verricht onderzoek, stel documenten op en houd dossiers bij. Wanneer of waar ik werk maakt niet uit, als het maar geregeld is. Na de repetitie in Den Haag ga ik aan de slag met mijn juridische werk, vanuit huis of het kantoor van het orkest. Op andere dagen werk ik op het kantoor van Dirkzwager in Arnhem. Al mijn orkestverplichtingen zet ik in mijn kantooragenda, zodat de advocaten weten wanneer ik er wel of niet ben.

‘Van mijn juridische werk lig ik niet snel wakker, maar het intense gevoel van een heel goed – of soms minder geslaagd – concert blijft soms wel een paar dagen hangen. Toch zitten de twee werelden elkaar nooit in de weg. Ik ben rechten gaan studeren uit interesse en later bleek het een goede manier om mijn salaris van musicus aan te vullen. Van zowel de advocatuur als de muziek krijg ik veel energie. Voor mij is deze combinatie ideaal.’

Jurist, klarinettist en zzp’er bij een orkest – Arno Stoffelsma heeft drie loopbanen. Beeld: Ramon van Flymen

Schrijf u in voor onze ochtendnieuwsbrief

Abonneer u op de gratis nieuwsbrief EW Ochtend en start de dag scherp met de belangrijkste artikelen over politiek, economie en buitenland.