Er is de afgelopen jaren genoeg te doen geweest over box 3, maar wat betekent dat voor de belastingaangifte over 2024? In eerste instantie weinig. In tweede instantie meer.
Wie de vooraf ingevulde aangifte heeft geopend, heeft vast gezien dat de Belastingdienst gegevens over het vermogen al heeft ingevuld. Controleer of dat overzicht volledig is, want daarvoor bent u zelf verantwoordelijk.
Zo kunnen buitenlandse (spaar)rekeningen ontbreken, of beleggingen die niet bij een financiële instelling worden aangehouden.
Box 3: welke bezittingen moet u opgeven?
U vult deze dan zelf in, net als de eventueel ingehouden bronbelasting. Die kunt u vaak terugkrijgen. Had u op 1 januari 2024 veel contant geld en cadeaubonnen in huis?
Dan moet u de waarde daarvan opgeven als het totale bedrag uitkomt boven de 653 euro, of 1.306 euro als u een fiscale partner hebt.
Wie in een appartement woont, geeft zijn aandeel in het reservefonds van de vereniging van eigenaars (vve) op bij bank- en spaarrekeningen. Ook het geld dat tijdelijk gestald is op een derdenrekening van de notaris valt onder deze categorie.
Vermogensrendementsheffing: zo wordt uw vermogen belast
Het vermogen boven de vrijstelling (57.000 euro in 2024, het dubbele voor fiscale partners) wordt belast tegen een forfaitair rendement. Geld op bank- en spaarrekeningen kent een ander tarief (1,44 procent) dan overige bezittingen (6,04 procent) als beleggingen, een tweede woning, cryptomunten en vorderingen.
Schulden hebben ook een eigen percentage, namelijk 2,61 procent. Deze zijn alleen aftrekbaar voor zover ze boven de drempel uitkomen: 3.700 euro of het dubbele bedrag voor fiscale partners.
Forfaitair vs. werkelijk rendement: wat betekent het voor u?
Over de uitkomst van dit fictieve rendement betaalt u 36 procent belasting. De aanslag die u krijgt na het insturen van de aangifte is hierop gebaseerd. Wie belasting betaalt over overige bezittingen krijgt eerst een voorlopige aanslag.
Als u alleen vermogen hebt in de categorie bank- en spaarrekeningen, krijgt u waarschijnlijk meteen een definitieve aanslag. Als u het daarmee niet eens bent, moet u binnen zes weken bezwaar maken.
Uitspraak Hoge Raad 2024
Maar hoe zit het dan met de uitspraak van de Hoge Raad in 2024? Die bepaalde dat de Belastingdienst moet belasten over het werkelijk rendement als dat lager is dan het forfaitair rendement.
Die uitspraak betekende werk aan de winkel en de Belastingdienst is nog niet zover. In de zomer van 2025 moet een formulier beschikbaar komen waarop belastingplichtigen hun werkelijk rendement kunnen opgeven. Over 2024, maar ook over eerdere jaren als u geen definitieve aanslag hebt ontvangen of op tijd bezwaar hebt gemaakt.
Box 3: werkelijk rendement opgeven kan, maar niet altijd voordelig
U krijgt een brief per jaar dat u uw werkelijk rendement kunt opgeven. Het is dan ook vastgelegd hoe u dat precies berekent. Op belastingdienst.nl staat al een lijst met gegevens die u daarvoor nodig kunt hebben.
U hoeft uw werkelijk rendement niet op te geven. Het zal niet altijd voordeel opleveren. Veel beleggers hebben in 2024 een hoger rendement gehaald dan 6,04 procent. En ook als dat niet het geval is, moet u rekening houden met andere zaken, zoals de waardestijging van een tweede huis (op basis van de WOZ-waarde).
Realiseert u zich wel dat er geen heffingsvrij vermogen is, zoals dat wel geldt in het huidige box 3-stelsel. In dat stelsel is er ook een extra vrijstelling voor groene beleggingen en spaartegoeden: 71.251 euro in 2024 (het dubbele voor fiscale partners).
Box 3: keuze tussen forfaitair of werkelijk rendement tot 2028
Voorlopig hebt u de keuze om het forfaitair rendement te accepteren. Of u kunt uw werkelijk rendement opgeven als dat lager is. De Belastingdienst gaat uit van de berekening die voor u het voordeligst is, dus ook als u – per ongeluk – het werkelijk rendement doorgeeft dat hoger is.
Deze situatie geldt totdat een nieuwe wet in werking treedt, dat is naar verwachting in 2028. Het is van belang dat u uw administratie goed bijhoudt, zodat u bij tegenvallende resultaten het werkelijk rendement kunt opgeven.
Het is de bedoeling dat u dat vanaf volgend jaar meteen kunt doen bij de aangifte.