Het wisselkoersrisico; een probleem voor grote bedrijven

Als u een paraplu in de Verenigde Staten bestelt en in dollars moet betalen bij levering, loopt u wisselkoersrisico: het risico dat de dollar in tussentijd duurder wordt ten opzichte van de euro. Voor consumenten gelukkig niet dagelijks een probleem, maar voor grote bedrijven wel.

Zeker bedrijven in de AEX-index, die behoren tot de grootste in Nederland en veel over de grens zaken doen, hebben met wisselkoersrisico te maken. Zo bestelde Baggeraar Boskalis in 2011 het schip Rockpiper bij een werf in Singapore, dat in 2012 werd opgeleverd. Een deel van de prijs wordt aanbetaald, de rest volgt bij levering.

Wisselkoersrisico afdekken

Boskalis maakt in zo’n geval gebruik van een forward contract: een afspraak met een bank dat Boskalis het te betalen bedrag in Singaporese dollars op de dag van levering mag kopen met euro’s, tegen de wisselkoers van vandaag. Zo dekt Boskalis wisselkoersrisico af.

Oplopende kerosineprijzen

Alle grote bedrijven dekken met forward contracts en andere financiële instrumenten risico’s af, en niet alleen die van wisselkoersen. Air France-KLM koopt futures, swaps en opties om zich te beschermen tegen snel oplopende kerosineprijzen.

Natuurlijk: zakt de prijs van kerosine, of de koers van de Singaporese dollar, dan zijn deze bedrijven slechter af. Maar dat risico is voor speculanten, niet voor beleggers.