Volkomen onverwacht heeft de Amerikaanse centrale bank Federal Reserve (Fed) woensdag aangekondigd voorlopig door te gaan met het massaal opkopen van staats- en hypotheekobligaties om de lange rente te drukken. Zonder risico is dat niet.
Fed-voorzitter Ben Bernanke wil ‘meer bewijs’ zien dat de Amerikaanse economie structureel herstelt. Kennelijk schrok hij van sterk tegenvallende cijfers over de huizenmarkt en de neerwaartse bijstelling van de groeiprognose voor de economie.
Streefniveau
Op papier kan de de Fed het zich veroorloven om de geldkraan open te houden, want de inflatie zit met 2 procent op het streefniveau. En beleggers verwachten op korte termijn geen forse stijging.
Maar er kleven op langere termijn grote gevaren aan het langdurig laag houden van de korte en de lange rente. Zakenbanken, vermogensbeheerders en beleggers raken verslaafd aan het goedkope geld dat overvloedig aanwezig is.
Zeepbel
In hun zucht naar rendement jagen ze nu vooral de aandelenkoersen omhoog. De S&P 500-index bereikte woensdag een nieuw record, en staat nu al 20 procent hoger dan een jaar geleden. Amerikaanse aandelen zijn nu gemiddeld al 35 procent duurder dan Europese aandelen. Het begint op een zeepbel te lijken.
De economie reageert nauwelijks meer op het ruime monetaire beleid, vooral omdat Amerikaanse bedrijven weinig investeren. Ze versterken hun balans, en wachten op aantrekkende bestedingen van de consumenten.
Werkloosheid
Daardoor kan duurzaam herstel van de economie nog langer op zich laten wachten. De werkloosheid blijft dan ook ruim boven de 6,5 procent, waar Bernanke naartoe wil.
Het grootste risico dat Bernanke neemt, is dat de lange rente omhoog vliegt zodra hij daadwerkelijk begint met het dichtdraaien van de geldkraan. Dan zal de economie stagneren, terwijl hij zijn kruit heeft verschoten en zijn geloofwaardigheid heeft verspeeld.
Geleidelijk
Bernanke zou er goed aan doen om volgende maand de financiële markten te melden in welk tempo hij de geldkraan gaat dichtdraaien.
En dan moet hij de daad bij het woord voegen, zodat de lange rente geleidelijk kan oplopen – en dan niet met met een grote schok die bankiers en beleggers de stuipen op het lijf jaagt.