De situatie in het Nederlandse onderwijs is dramatisch, terwijl goede scholen cruciaal zijn voor een gezonde economie. Hoog tijd voor een nationaal onderzoek.
Het onderwijs is het belangrijkste fundament onder onze economie en toekomst. Nederland moet zich meer bekommeren om het onderwijs. Zonder een goed functionerend onderwijssysteem zal onze economie zich niet kunnen herstellen.
Bovendien moeten ook toekomstige generaties kunnen deelnemen aan het mondiale economische verkeer. Daarvoor moeten leerlingen en studenten vandaag goed worden opgeleid.
Azië
Nederland innoveert op vrijwel geen enkel gebied. De Nederlandse industriële productie is zeer beperkt. De Duitse economie draait goed, omdat daar reële goederen worden geproduceerd: auto’s en elektronica. Hetzelfde geldt voor de Aziatische landen.
Wij produceren daarentegen heel weinig. Een land kan niet alleen leven van de doorvoer van goederen. Waarom zijn wij in Nederland niet in staat om essentiële onderdelen van elektronica te produceren? Waarom worden geen bijzondere uitvindingen gedaan op gebieden als elektrische auto’s of andere moderne zaken?
Dommer en trager
Ook op het gebied van internettechnologie loopt Nederland achter. Ons land is bijna een derdewereldland aan het worden. Facebook, Twitter en vele andere uitvindingen gingen helemaal voorbij aan Nederland. Het lijkt alsof we steeds dommer en trager worden.
In Nederland gevestigde moderne, winstgevende bedrijven kampen met een personeelstekort. Capabele mensen kunnen ze niet meer vinden in Nederland. Terwijl duizenden jongeren werkloos zijn – deze situatie is bijna gevaarlijk te noemen.
De ellende komt door het gebrekkig functionerende onderwijssysteem. De toekomst is al begonnen en wij plukken nu al de wrange vruchten van het onderwijssysteem.
Techniek
Recentelijk zag ik een reportage bij Nieuwsuur. Daarin was een groot, modern technologiebedrijf in beeld waar chips voor elektronica worden geproduceerd. Het is een fantastisch bedrijf, en internationaal belangrijk.
Nieuwsuur ging mee met een groep jongeren. Ze waren daar omdat het bedrijf bij die jongeren interesse wil aanwakkeren voor het werk bij die onderneming. Techniek staat er centraal.
Werknemers hoeven niet gepromoveerd te zijn, maar ze moeten wel een basiskwalificatie hebben. De bedrijfsleiding deed haar best om de jongeren een positief toekomstperspectief te geven. Maar aan het eind van de uitzending blijkt toch dat die jongeren een baan willen in de communicatiesector.
Polen
Maar het bedrijf heeft geen behoefte aan zo veel communicatieadviseurs en woordvoerders. Ze hebben geen verkopers nodig, maar technici. Praten en verkopen, dat willen die jongeren. Daarvoor gaan ze naar de universiteit. En hier begint het probleem van onze economie.
Nederland is verzadigd met psychologen en communicatieadviseurs. Voor deze groep hoogopgeleiden zijn er geen banen meer. Ook niet in Polen of Duitsland.
De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid kwam met een alarmerend rapport over de stand van zaken in het onderwijs. Nog voordat we daarop hebben gereflecteerd, roept D66 dat er meer geld naar het onderwijs moet.
Politieke keuzes
Dat D66 een groot hart heeft voor het onderwijs, is buitengewoon lovenswaardig. Maar tegelijkertijd is het belangrijk om te weten wat de precieze problemen zijn bij het onderwijs en welke politieke keuzes moeten worden gemaakt.
Met politieke keuzes bedoel ik de keuze tussen nog meer communicatiestudies en psychologie, of de techniek. Daarna moeten we zien hoeveel geld nodig is voor het verbeteren en versterken van het onderwijs.
En het moet niet alleen gaan over het hoger onderwijs. Ook scholen moeten worden betrokken bij een algehele analyse over het onderwijs. Het lager onderwijs is er zo slecht aan toe dat de bijlesmarkt nooit zo winstgevend geweest als in het afgelopen decennium.
Exceptioneel
Moeten scholen in het lager onderwijs dan extra geld krijgen, omdat ze er zo slecht presteren? In het bedrijfsleven zouden verantwoordelijken allang zijn gekort op hun salaris. Scholen moeten eerst kwaliteit leveren, daarna mogen ze worden beloond.
Ongeïnteresseerde leerkrachten moeten door controle, maar ook door financiële bestraffing tot betere prestaties worden aangezet. Wat zou daarbij maatgevend moeten zijn? De exceptionele prestaties van een handjevol extreem intelligente kinderen?
Filosofie
Nee, zij hebben in de regel de school niet echt nodig. De rest, de meerderheid van de scholieren, heeft de aandacht nodig.
Reflectieve vakken zoals filosofie, dat in andere landen tot het vaste vakkenpakket behoort, moeten meer aandacht krijgen. Daarbij denk ik niet aan het warrige lesmateriaal dat vaak onder filosofie wordt verstaan.
Logica, wetenschapsfilosofie en metafysica zijn vakken die aandacht moeten krijgen. Daardoor zien de kinderen hoe de fundamentele wetenschap zich in de loop der eeuwen heeft kunnen ontwikkelen. In plaats daarvan wordt op excessieve wijze maatschappijleer gegeven.
Nationaal debat
Maar wie zou het vak filosofie moeten geven? Er zijn nauwelijks filosofie-opleidingen in Nederland. Voordat we geld gaan uitgeven, moeten we eerst weten waaraan we geld willen uitgeven. Er moet er een nationaal debat komen over de kwaliteit van het onderwijs – voordat het te laat is.
De overheid moet dus niet onbezonnen geld uitgeven aan het onderwijs. Onderwijsdoelen en het daarvoor noodzakelijke kwalitatieve niveau moeten eerst door de overheid worden vastgesteld, voordat er geld wordt uitgetrokken.
Nederland moet zich ernstig bezinnen om de kwaliteit van het onderwijs op alle niveaus.