Het Nederlandse pensioenstelsel is onbetaalbaar en past niet meer bij de huidige loopbaanpatronen. Klaas Knot, president van De Nederlandsche Bank (DNB) stelt het stelsel terecht ter discussie.
Het Nederlandse pensioenstelsel – het op een na beste ter wereld, volgens gerenommeerd adviesbureau Mercer – is ‘niet houdbaar’, zegt DNB-president Klaas Knot vrijdag in De Telegraaf. Het lijkt de paradox van de eeuw, maar toch heeft Knot een punt.
Het Nederlandse pensioenstelsel kraakt in zijn voegen. Door de extreem lage rentestand is het voor pensioenfondsen onmogelijk om in de toekomst pensioenen met een hoge mate van zekerheid te kunnen uitkeren.
Vertrouwen
De pensioenvermogens groeiden de afgelopen drie jaar met ruim 25 procent, maar de lage rente is nefast voor de toekomstige rendementsverwachtingen. Hierdoor steeg de waarde van de pensioenverplichtingen nog harder.
De 29 fondsen moeten daardoor dit jaar de uitkeringen voor de tweede keer korten. Dit ondermijnt het vertrouwen in het stelsel.
Het pensioenstelsel wordt verder ondergraven doordat jonge werknemers de pensioenopbouw van oudere collega’s subsidiëren. Als jongeren hun hele leven bij een pensioenfonds aangesloten zouden blijven, hoeft dat geen onoverkomelijk probleem te zijn, omdat ze dan zelf later ook worden gesubsidieerd.
Minder zekerheden
Maar als ze halverwege hun loopbaan zzp’er worden, missen ze deze subsidie. Dat begint enorm te knellen. Ons stelsel is opgetuigd in de jaren vijftig van de vorige eeuw, toen de ‘baan voor het leven’ nog heel gewoon was. Die is inmiddels zeer uitzonderlijk.
Het is onontkoombaar dat we naar een stelsel gaan met iets minder zekerheden, voorspelt Knot. Daar valt niets tegen in te brengen. De pensioenuitkeringen en aanspraken gaan meer meebewegen met de economie.
Nederlanders zijn echter zeer gehecht aan zekerheden. Naast de Zwitsers is er geen volk dat zo veel geld spendeert aan allerlei verzekeringen. Een minder zeker pensioen zal dus voor velen wel even wennen worden.