De 159 landen van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) hebben zaterdagochtend op Bali een historisch handelsakkoord gesloten. Het akkoord zou volgens voorstanders wereldwijd honderden miljarden euro’s kunnen opleveren en er zouden miljoenen banen door kunnen worden gecreëerd.
Door de afspraken worden grenscontroles van goederen versimpeld, wat een grote besparing kan opleveren voor de wereldhandel. Volgens sommige economen kan die versoepeling van douaneprocedures tot een biljoen dollar (730 miljard euro) opbrengen.
Eerste prestatie WTO
‘Voor het eerst in de geschiedenis heeft de WTO daadwerkelijk gepresteerd,’ zei Roberto Azevedo, de directeur-generaal van de WTO zaterdagochtend. ‘Dit keer kwamen alle leden bij elkaar. We hebben het woord ‘wereld’ teruggebracht in het begrip Wereldhandelsorganisatie.’
Hoewel de deskundigen het er niet over eens zijn in hoeverre het akkoord zulke verstrekkende gevolgen zal hebben, het is in elk geval voor het eerst dat de 159 landen het eens zijn geworden over het beperken van handelbarrières. En de WTO heeft zijn eigen voorbestaan ermee gered, want sinds de oprichting in 1995 had de organisatie zijn nut nog niet overtuigend bewezen.
Stimulans voor handel
De Nederlandse minister van Handel, Lilianne Ploumen (PvdA), die zelf ook op Bali was, is tevreden met de afspraken. De minst ontwikkelde landen zullen er volgens haar het meest van profiteren, maar wereldwijd zullen bedrijven en consumenten er veel voordeel van hebben.
‘Het akkoord leidt tot vermindering van transactiekosten en versoepeling van de internationale handel. Juist bij de grenzen van ontwikkelingslanden zal het aantal barrières worden verlaagd, waardoor de handel tussen deze landen wordt gestimuleerd,’ aldus Ploumen.
Voedselprogramma
Niet iedereen is zo enthousiast. Simon Evenett, hoogleraar Internationale Handel op de St. Gallen Universiteit in Zwitserland, zei tegen Reuters dat onenigheid over voedselveiligheid de onderhandelingen overschaduwde en dat er daardoor ‘bar weinig vooruitgang is gemaakt op Bali’.
De verwachtingen van de WTO-onderhandelingen waren laag, omdat India van te voren had aangegeven alleen achter handelsafspraken te staan als het land zijn voedselprogramma voor de armsten mocht blijven subsidiëren, wat volgens de andere landen concurrentievervalsing is. Over vier jaar mag dat dan ook niet meer.
Ook was er angst dat Cuba een deal zou saboteren. Het land lag inderdaad lang dwars met steun van Bolivia en Nicaragua, maar stemde uiteindelijk toch in met de afspraken.