De huurprijzen in de gereguleerde sector mogen op 1 juli maximaal 6,5 procent stijgen voor gezinnen met de hoogste jaarinkomens vanaf 43.602 euro. Gezinnen met middeninkomens betalen ten hoogste 4,5 procent meer, wie minder dan 34.085 verdient, 4 procent.
Dat heeft een woordvoerder van het ministerie van Binnenlandse Zaken bevestigd tegenover elsevier.nl, naar aanleiding van berichtgeving van De Telegraaf.
Inflatie
De maximale huurverhoging geldt niet voor de zogenoemde ‘vrije sector’, waar de verhuurders zelf mogen bepalen met welk bedrag zij de huur verhogen. In de wet staat dat de huurprijzen harder mogen stijgen dan de inflatie. De inflatie over 2013 was 2,5 procent, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Huurprijzen mogen stijgen met het inflatiecijfer met daarbovenop een vast percentage. Voor wie het minst verdient is dat 1,5 procent, voor de middeninkomens 2 procent en voor de huishoudens met de hoogste inkomens 4 procent.
Niet verplicht
Verhuurders zijn niet verplicht de prijzen met 4, 4,5 of 6 procent te verhogen. Willen zij dat wel doen, dan moeten zij een verklaring van de huurders hebben, waaruit blijkt wat die jaarlijks verdienen.
De overheid gaat alleen over de huurprijzen van de gereguleerde sector, waarin de huurprijs aan het begin van een huurcontract lager dan 700 euro was.
Het kabinet hoopt het zogenoemde ‘scheefwonen’, waarbij huurders die veel verdienen nog weinig huur betalen, te ontmoedigen. Wie genoeg verdient voor een koophuis of een huis dat voor marktprijzen te huur staat, zou niet langer in een goedkoop huurhuis moeten wonen.