Minister Jeroen Dijsselbloem (Financiën, PvdA) houdt ondanks scherpe kritiek van de Raad van State vast aan zijn plan om bonussen bij banken en verzekeraars te beperken tot maximaal 20 procent van het jaarsalaris. Hij heeft zijn wetsvoorstel, dat de bonuscultuur in de financiële sector moet ontmoedigen, op enkele kleine punten wel verzacht.
Donderdag bleek uit vertrouwelijke stukken dat de Raad van State het totaal niet eens is met het strenge plafond dat Dijsselbloem aan bonussen wil stellen.
Regeerakkoord
Desondanks blijft de minister van Financiën erbij dat bankiers maximaal 20 procent van hun jaarsalaris als bonus mogen ontvangen. Dit was eerder afgesproken in het regeerakkoord met de VVD.
Bovendien bevat het wetsvoorstel een verbod op gegarandeerde bonussen en een regel voor een maximale vertrekvergoeding van één jaarsalaris.
Slechte prestaties
Dijsselbloem gaat in zijn aangepaste voorstel wel iets minder ver dan hij oorspronkelijk van plan was. De bovengenoemde vertrekvergoeding geldt bijvoorbeeld alleen voor bestuurders die het dagelijks beleid maken.
Ook laat hij op advies van de Raad van State de verplichting om bonussen na slechte prestaties aan te passen, varen. Volgens de minister zelf heeft hij alleen kleine aanpassingen gemaakt: ’99 procent is hetzelfde gebleven’.