Elsevier Uw geld: is een fietsverzekering uw geld waard?

Fietsen zijn altijd in trek bij dieven. Een fietsverzekering lijkt daarom het ei van Columbus. Maar hoeveel kost dat?

Vijftien miljard kilometer, zo astronomisch veel fietsen alle Nederlanders volgens de Fietsersbond elk jaar bij elkaar. Om die afstand af te leggen, kochten Nederlanders volgens branchevereniging Bovag vorig jaar meer dan een miljoen nieuwe fietsen, met een gemiddelde prijs van 989 euro.

Door de opkomst van duurdere elektrische fietsen ligt de prijs steeds hoger, en is het financiële leed bij diefstal groter. Om dat leed te verzachten, sluiten veel Nederlanders een fietsverzekering af.

Bij de meeste verzekeraars kan dat voor een periode van drie jaar. Een looptijd van vijf jaar of een doorlopende polis kan bij enkele verzekeraars ook. Dat is wel duurder, en bij diefstal na drie jaar krijgt u niet meer de volledige aanschafwaarde terug.

De premie van een verzekering voor een doorsneefiets van 750 euro kost tussen de 100 en 285 euro voor een periode van drie jaar.

Het prijsverschil zit ‘m vooral in uw adres. Is dat toevallig in een stad als Amsterdam? Verwacht dan een fors hogere premie: in grote steden – en studentensteden als Groningen – worden relatief veel fietsen gestolen. De kans dat u een beroep doet op de verzekering, is groter, en de premie hoger. Hoeveel hoger de premie ligt, verschilt per verzekeraar – tot wel 75 euro per drie jaar voor dezelfde woonplaats.

Gek genoeg is dat premieverschil voor de duurdere elektrische fiets minder nadrukkelijk aanwezig. Verzekeraars gaan er wellicht van uit dat de eigenaren er zorgvuldiger mee omgaan. Een zogeheten e-bike van 2.000 euro voor drie jaar verzekeren tegen diefstal, kost gemiddeld 150 euro, of u nu in de Randstad woont of in de Achterhoek.

Hebt u een voordelige verzekering gevonden? Kijk dan goed naar de voorwaarden: naast de premie is er soms een eigen risico als de fiets wordt gestolen. Meestal is dat een paar tientjes, maar dat kan ook 10 procent van de verzekerde waarde zijn. Een verzekering die in eerste instantie goedkoop lijkt, is zo toch duurder.

Voor 25 tot 50 euro extra kunt u de tweewieler ook verzekeren tegen schade. De fiets hoeft dan niet te worden gestolen. Andere aanvullende verzekeringen zoals rechtsbijstand zijn meestal overbodig: reguliere rechtsbijstandsverzekeringen (als u die hebt) bieden doorgaans hulp bij schade in het verkeer. Zonde om dat dubbel te verzekeren.

Zet u de fiets thuis in de schuur, en op het werk of in de stad in een bewaakte fietsenstalling? Een verzekering lijkt dan overbodig. Dieven laten zich daar natuurlijk minder graag zien, waardoor het risico op diefstal kleiner is. Bovendien dekken de meeste inboedelverzekeringen ook een fiets die wordt gestolen uit schuur of berging, mits op slot.

De verzekeringspremie kunt u dan beter investeren in een goed slot, om de fiets aan een boom of hek vast te maken als u toch een keer uw fiets op straat achterlaat.

Dit artikel stond op 24 mei in weekblad Elsevier.