Het is moeilijker geworden voor huiseigenaren om met succes een beroep te doen op de Nationale Hypotheek Garantie. Wat verandert er?
Potentiële kopers die twijfelen over de koop van een huis moeten de kalender goed in de gaten houden. Op 1 juli daalt het maximumbedrag om in aanmerking te komen voor Nationale Hypotheek Garantie (NHG) van 290.000 naar 265.000 euro. Daarmee is de NHG-grens terug op het niveau van 2009. Het kabinet verhoogde het bedrag in 2009 tijdelijk tot 350.000 euro om de huizenmarkt een impuls te geven. Sinds 2012 gaat het in stapjes omlaag.
Zo’n 90 procent van de huizenkopers die binnen de NHG-grens vallen, kiest voor de garantie. Dat is wijs: als het huis moet worden verkocht vanwege scheiding, baanverlies, arbeidsongeschiktheid of overlijden, en er een restschuld is, betaalt het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW), dat de NHG uitvoert, dat geld aan de bank.
De kopers betalen voor die zekerheid eenmalig borgtochtprovisie. Die stijgt: in 2012 was het 0,7 procent van de hypotheeksom, in 2013 0,85 procent en nu 1 procent.
Door de dalende huizenprijzen nemen de potentiële restschulden toe. Vanwege het groeiend aantal claims – het gaat vooral om echtscheidingen – is het fonds een stuk strenger geworden. Klanten komen niet zonder meer in aanmerking voor vergoeding van hun restschuld.
Het WEW is sinds dit jaar minder snel van mening dat hypotheeklasten ondraaglijk zijn. Het fonds kijkt meer naar de feitelijke situatie in een huishouden. Dan blijkt bijvoorbeeld dat iemand met een WW-uitkering best in staat is de hypotheek voorlopig te blijven betalen.
Het WEW experimenteert sinds kort ook met verlaging van de hypotheek om gedwongen verkoop met restschuld te voorkomen. ‘Als iemand een hypotheek van 150.000 euro niet kan betalen, maar 140.000 euro wel, dan lossen wij een deel af. We bereiken dan twee doelen: mensen kunnen blijven wonen en nog grotere financiële schade door een restschuld wordt voorkomen,’ zegt WEW-directeur Karel Schiffer.
Na een scheiding bekijkt het WEW of een van de partners in staat is de hypotheek alleen voor zijn rekening te nemen. Verkoop met restschuld is dan onnodig. Schiffer verwacht dat het aantal gehonoreerde claims door deze aanpak met 10 tot 15 procent daalt.
Het WEW wil zo ook misbruik beperken. Schiffer: ‘Het kwam voor dat bij een scheiding de man de hypotheek nog wel kon betalen, maar liever bij zijn nieuwe vriendin introk. Dan werd na de verkoop de restschuld bij ons gedeclareerd.’ De regels gelden niet alleen voor nieuwe hypotheken met NHG, maar ook voor hypotheken die in het verleden zijn afgesloten.
Op een ander punt wordt het waarborgfonds overigens soepeler. Wie moet verhuizen, bijvoorbeeld vanwege een baan, kan de restschuld na de verkoop van het oude huis meenemen in de lening voor het nieuwe huis, met behoud van NHG.
Dit artikel stond op 1 februari in weekblad Elsevier.