Het minimumloon in Nederland is voor veel werknemers te laag om rond te kunnen komen. De Sociaal-Economische Raad (SER) pleit terecht voor een verhoging, schrijft Marijn Jongsma. Maar dit mag niet leiden tot een stijging van de loonkosten voor werkgevers.
Het wettelijk minimumloon (voor 21 jaar en ouder is dat bruto nu 1.701 euro per maand) is vanaf de jaren tachtig achtergebleven bij het gemiddelde loon, zo schrijft de SER, het belangrijkste adviesorgaan van de regering. Daardoor is het besteedbare inkomen van werknemers met een minimumloon (en dat zijn er in Nederland bijna 450.000) onvoldoende meegestegen met de kosten van levensonderhoud.
De nieuwe editie van EW bestelt u snel en eenvoudig online. Op werkdagen voor 15.00 uur besteld, morgen bij u op de mat. Wilt u losse edities van EW bestellen?
Deeltijders en flexwerkers
zijn de klos
Kern van het probleem is dat veel werknemers met een minimumloon onvoldoende uren werken om het sociaal minimum (vastgesteld op bruto 1.239,10 euro voor een alleenstaande van 21 jaar en ouder) te halen. Deeltijders of flexwerkers zakken in de weken dat ze minder dan 70 procent van een volledige werkweek (36 uur) werken, onder dat minimumniveau.
Aanvullende bijstand aanvragen dan maar? De SER schrijft hierover in de verkenning Werken zonder Armoede: ‘De bijstand kan het inkomen mogelijk aanvullen, maar is niet flexibel als het gaat om wisselende inkomsten per week.’
Laden…
Word abonnee en lees direct verder
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
Verder lezen?
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Er ging iets fout