Met de winst van eurokritische partijen komt de middelvinger naar Brussel. Wordt radicaal-rechts gedwongen om op te schuiven naar het midden of gaat het centrum naar rechts?
Afgelopen zondag was een bijzondere dag. In Europa waren honderden miljoenen mensen naar de stembus geweest om een nieuw Europees Parlement te kiezen. Vooraf werd een radicaal-rechtse zegetocht voorspeld. Die was er deels, maar niet genoeg om voor een totale Brusselse omwenteling te zorgen.
In Brussel maken de drie traditioneel grote blokken al decennialang de dienst uit: de christendemocraten, de sociaaldemocraten en de liberalen. Zij onderhandelen over wetgeving, verdelen de posten en staan bekend als het grote ‘pro-Europese’ blok. Het was de vraag of na deze verkiezingen dat traditionele verbond overeind zou blijven. Een botsing tekende zich af: die tussen de oude verhalen die de 20ste en 21ste eeuw vormgaven – gedomineerd door het liberale verhaal – en de eurokritische radicaal-rechtse stroming die zich daar juist tegen afzet.
Hoewel er nog steeds een meerderheid voor de traditionele blokken is, weerspiegelt de uitslag de tijdgeest. Radicaal-rechtse partijen wonnen en groeiden in veel Europese landen. In Frankrijk en Italië werden ze zelfs ruim de grootste. Zo’n uitslag was tien jaar geleden nog onvoorstelbaar geweest.
Verhoudingen opgeschud
Dus zijn de verhoudingen in Brussel wel degelijk opgeschud. Wat betekent dit? Vorige week zag ik op sociale media een video voorbijkomen van het punt bij Kaap Hoorn waar de Atlantische en Grote Oceaan elkaar ontmoeten. Het water lijkt niet te mengen: het heeft verschillende samenstellingen en eigenschappen. Ik vroeg me af of dit ook geldt voor onze huidige politiek, waar stromingen met elkaar in aanraking komen die zo van elkaar verschillen dat je je afvraagt of dat wel kan mengen.
Brussel is een van de interessantste plekken om te zien hoe dat gaat werken. We zien er de botsing, maar ook het mengen. Voorzitter Ursula Von der Leyen van de Europese Commissie kondigde al aan open te staan voor samenwerking met de Italiaanse premier Giorgia Meloni. Brussel is de plek waar de beloftes van de populisten het verst af staan van de werkelijkheid. In het thuisland is vaak beleid beloofd dat in Brussel niet valt waar te maken. Tegelijkertijd is in Brussel brede samenwerking de norm. Wordt radicaal-rechts in Brussel gedwongen om op te schuiven naar het midden? Of dwingt de radicaal-rechtse opkomst juist het midden naar rechts?
Het is tekenend dat dit gebeurt in een tijd waarin er nogal wat op Europa is afgekomen. Een veranderend klimaat, een oorlog op het continent, verschuivende internationale verhoudingen, een verouderde economie. De pro-Europese partijen willen dat EU-lidstaten meer gaan samenwerken, een gebalde vuist worden en daarmee meer dan de som der delen. Sterk genoeg om zichzelf te beschermen en om een onafhankelijke positie op het wereldtoneel in te nemen.
Met radicaal-rechts komt juist de middelvinger naar Brussel. De rechtse populisten hebben er hun kenmerk van gemaakt om op de EU en op de elites af te geven. Al die middelvingers nemen plaats in het Europees Parlement en wie weet straks ook in de Europese Commissie en Europese Raad.
Eén groot geheel
Hoe maak je met middelvingers een vuist? Wat dat betreft is Meloni iemand om in de gaten te houden. Zij wil meedoen. Ze voerde campagne met de slogan ‘L’Italia cambia l’Europa’, ‘Italië verandert Europa’. Zij kan de middelvinger worden die opgaat in de Europese vuist. En wie verandert dan wie? Verandert Meloni Europa of verandert Europa haar? Dat is een van de centrale vragen de komende vijf jaar.
Een belangrijke vraag ook voor Nederland, waar reeds door centrumrechtse partijen als VVD en NSC wordt samengewerkt wordt met radicaal-rechts. Net als bij het water van de Atlantische en de Grote Oceaan rijst de vraag: mengt het? En wie verandert dan wie? Wat die oceanen betreft bracht verder leeswerk duidelijkheid. Het filmpje op internet was – zoals zo vaak – niet correct. De oceanen mengen wel degelijk. Ze hebben alleen tijd nodig om hun verschillende eigenschappen op elkaar af te stemmen en uiteindelijk één groot geheel te worden.