Er is iets goed mis met de manier waarop het Nederlandse onderwijs is georganiseerd. De resultaten zijn bedroevend, maar ook de achterliggende gedachte is verkeerd. Tijd om het onderwijs los te koppelen van de staat en meer aan de ouders over te laten, schrijft libertariër Imre Wessels op EW Podium.
Imre Wessels (1990) is publicist en betrokken bij de Libertaire Partij. Hij was eerder lokaal coördinator bij Students For Liberty.
EW Podium publiceert opinies van (vooral jonge) schrijvers, die vanuit eigen onderzoek of werkervaring bijdragen aan het debat. De artikelen reflecteren niet noodzakelijkerwijs de opvatting van de redactie.
Het Nederlandse onderwijs zit fundamenteel fout in elkaar. Na meer dan elf jaar vrijheidsberoving en een investering van vele tienduizenden euro’s blijven leerlingen achter met een taal- en rekenachterstand. Als het daarbij bleef, zou onderwijs slechts geldverspilling zijn, net als zoveel andere overheidsinspanningen.
Maar de schade van het onderwijs gaat dieper. Kinderen hebben van nature de motivatie om constant te leren. Ons onderwijs sloopt dat eruit. Hoe langer kinderen onderwijs ondergaan, hoe meer er van die natuurlijke nieuwsgierigheid verloren gaat. De term ‘leerplicht’ is in tegenspraak met zichzelf. Niemand kan een ander verplichten iets te leren. Op zijn best kun je het kortetermijngeheugen opvullen met informatie die specifiek toepasbaar is voor examens. Na het examen wordt vrijwel al die informatie weer vergeten.
Overheidsfinanciering is een perverse prikkel
De reden waarom ons onderwijs zo vreemd is georganiseerd, komt door de overheidsfinanciering. Dat lijkt op zich niet zo’n probleem, maar het zorgt ervoor dat de ‘klant’ van elke onderwijsinstelling de overheid is. Als een onderwijsinstelling geld wil, moeten zij in de eerste plaats de overheid tevredenstellen. Goed onderwijs komt op de tweede plaats. De Amerikaanse econoom Bryan Caplan viel ook op hoe vreemd onderwijs is georganiseerd. Hij schreef zijn inzichten op in het boek The Case Against Education. Daarin stelt Caplan dat onderwijs geld- én tijdverspilling is. Vrijwel niets wat in scholen wordt geleerd, is praktisch toepasbaar buiten school. En al het geld dat in het onderwijs wordt gepompt, leidt alleen maar tot diploma-inflatie – een waardedaling van diploma’s.
Werkgevers hechten vooral waarde aan diploma’s omdat die laten zien of werkzoekenden redelijk intelligent zijn, goed kunnen conformeren en gedurende een lange periode saai werk kunnen verrichten. Praktische vaardigheden kunnen later worden geleerd. Daarom heeft een meerderheid van de Nederlanders werk dat niet aansluit bij haar opleiding.
Een scheiding tussen onderwijs en staat
Dat kan anders. Er moet een scheiding komen tussen het onderwijs en de staat. Weg met alle van bovenaf opgelegde niveaus en standaarden. Laat mensen nieuwe onderwijsvormen ontdekken in plaats van al die eenheidsworst. We hebben er als samenleving meer aan als er een veelheid aan kennis bestaat, dan wanneer we allemaal hetzelfde weten. Wie dat onderwijs gaat betalen? Dat doen ouders zelf. Net zoals ouders nu al het onderwijs van hun kinderen betalen. De overheid heeft van zichzelf namelijk geen geld.
De enige manier waarop de overheid aan genoeg geld voor onderwijs kan komen, is via de belastingbetaler. In 2022 kost een leerling in het voortgezet onderwijs 866 euro per maand. Dat is geld dat kan worden teruggegeven aan belastingbetalende ouders. Mensen realiseren zich amper hoezeer de overheid ze afknijpt. Iemand met een minimumloon verliest ruim 680 euro per maand aan belastingen, aangezien btw, accijns en veel gemeentelijke heffingen niet inkomensafhankelijk zijn. Bovendien drijven belastingen op ondernemen de kosten van producten op, die uiteindelijk worden betaald door de consument.
Het rijke Nederland kan leren van onderwijs in sloppenwijken
Maar wat als ouders, ondanks een forse belastingverlaging, niet genoeg geld hebben om hun kinderen naar school te laten gaan? Laat mensen geld doneren aan een goed doel zodat iedereen onderwijs krijgt. Scholen zouden publiciteit kunnen generen door een aantal onderwijsplekken aan te bieden voor een verlaagd tarief. Online leerplatformen zoals Khan Academy, LinkedIn Learning en Coursera spelen ook een rol om de beste leerkrachten voor iedereen beschikbaar te maken. Als mensen in sloppenwijken privaat onderwijs kunnen organiseren én plekken kunnen aanbieden voor de allerarmsten, dan kunnen we dat ook in een rijk land als Nederland.
Stop het linkse gefröbel, tijd voor ouderwets degelijk onderwijs, schreef Roelof Bouwman in november
En voor iedereen die zegt dat de overheid moet regelen dat kinderen uit arme gezinnen naar school kunnen: de overheid regelt dit alleen wanneer een meerderheid van de bevolking wil dat kinderen uit arme gezinnen naar school gaan. Aangezien een meerderheid dat toch al steunt, kan ze dat ook via vrijwillige donaties organiseren. We moeten weg van de aanname dat de oplossing voor elk probleem hogere belastingen en meer overheidsbemoeienis is.
Laat ouders het onderwijs zelf organiseren
Onderwijs kan niet alleen beter, maar ook een stuk goedkoper worden georganiseerd. In een gemiddelde havo-klas zitten 26 leerlingen. We zagen al dat de kosten per leerling in het voortgezet onderwijs 866 euro per maand zijn. Dat is maandelijks 22.516 euro per klas, meer dan 270.000 euro per jaar. Waar gaat al dat geld naartoe? Hint: slechts een deel van dat geld wordt besteed aan lesruimte, lesmaterialen en het salaris van de leraar.
Lees ook het onderzoek Beste scholen 2022: En nu is de leraar aan het woord
Laten we de vraag omdraaien: hoe kunnen we 270.000 euro het best investeren in 26 leerlingen? Je zou dat bedrag aan een leraar kunnen geven, die dit vervolgens deels als salaris krijgt en de rest inzet om lesruimte en lesmaterialen te financieren. Of ouders kunnen zelf een school opzetten en gastdocenten uitnodigen. Of meer excursies plannen naar musea of de natuur, begeleid door een gids. Of ouders kunnen stages of meeloopdagen bij verschillende beroepsgroepen organiseren, zodat iedereen een bredere blik krijgt op wat voor toekomst zij zelf kunnen vormgeven.
Het Nederlandse onderwijs zit fundamenteel fout in elkaar. Maar we kunnen dit oplossen door het onderwijs van de staat te scheiden. Laten we de beslissingsbevoegdheid leggen bij ouders, leerkrachten, leerlingen en studenten. Onderwijs is te belangrijk om aan de overheid over te laten.