Filosoof Johan Braeckman, hoogleraar aan de Universiteit Gent, wordt op 10 december door vrijdenkersvereniging De Vrije Gedachte benoemd tot Atheïst van het Jaar 2022. In dat kader bespreekt bestuurslid Bart Collard het boek Dirk Verhofstadt in gesprek met Johan Braeckman (deel 1) op EW Podium.
Bart Collard (1988) heeft een master Opsporingscriminologie (NL) en een master Contraterrorisme (Israël) afgerond. Momenteel schrijft hij een boek over desinformatie. Tevens werkt hij aan een proefschrift over islamitisch terrorisme aan de Universiteit Leiden.
EW Podium publiceert opinies van (vooral jonge) schrijvers, die vanuit eigen onderzoek of werkervaring bijdragen aan het debat. De artikelen reflecteren niet noodzakelijkerwijs de opvatting van de redactie.
Een cultuuroorlog na Darwin
Eind 2021 verscheen het eerste van twee boeken over menselijkheid, waarvoor filosoof Dirk Verhofstadt gedurende twee zomers met Johan Braeckman in gesprek ging in Toscane. Het werk gaat over ‘de menselijke natuur, de diepere redenen en motivaties van ons doen en laten, en de betekenis van ons bestaan,’ zo schrijft Verhofstadt in het voorwoord.
Een groot deel van dat boek gaat over het belang van Darwins evolutietheorie. Braeckman wijst erop dat buiten de biologie vooral progressieven ‘positief staan tegenover een darwinistische aanpak van vraagstukken’. Dat is opmerkelijk, maar wellicht waar. De evolutie van de mens zoals volgt uit Darwins werk doet de juistheid van 1) het geloof in God, 2) het onderscheid maken op basis van huidskleur, en 3) het gebruik van niet-menselijke dieren wankelen. Bijna tweehonderd jaar na Darwins On the Origin of Species zijn er weinig levensbeschouwingen en instituties die zijn bevindingen als vertrekpunt nemen. Verhofstadt spreekt van een cultuuroorlog. Darwin bracht een verandering in het mensbeeld teweeg, die vandaag de dag nog steeds niet voltooid is.
1. Geloof in God
Sommige mensen reageren op Darwins evolutietheorie dat de natuur, of de mens, ‘te perfect is’ om toeval te zijn. Braeckman wijst er echter op dat ‘de evolutietheorie en in het bijzonder het mechanisme van natuurlijke selectie zelfs het tegendeel van het toeval’ zijn:
‘Daar gaat het net om: als een eigenschap een voordeel biedt aan de overlevings- en reproductiekansen van een organisme, dan maakt die eigenschap een goede kans om terug op te duiken in de volgende generatie.’
Evolutie heeft dus in de kern niets te maken met moraal, hoewel er morele gevolgtrekkingen uit kunnen volgen. Evolutie gaat niet over goed en kwaad, over plezier of over leed. Het nuttige functioneren van, bijvoorbeeld, het menselijk oog is niet de creatie van een god, maar het resultaat van natuurlijke selectie en daardoor dus geen toeval. Daarnaast stelt Verhofstadt terecht: ‘Waarom ben je geen hindoe? Omdat je toevallig opgevoed bent in Amerika, niet in India.’
Lees ook dit interview terug met filosoof en atheïst John Gray: ‘Ik bied geen hoop, ik bied inzicht’
De mens deelt een gemeenschappelijke voorouder met de aap van zo’n zeven miljoen jaar geleden, hoewel gorilla’s zich eerder afsplitsten dan chimpansees. Die voorouder was ‘een mensaapachtig wezen dat zich op de overgang bevond van mensaap naar mensachtige,’ hoewel het meer overeenkomsten had met de huidige chimpansee dan de mens. Onze soort is dus niet zesduizend jaar geleden door God gecreëerd, maar is gedurende miljoenen jaren geëvolueerd uit het dierenrijk. Braeckman sluit zich aan bij Voltaire: ‘Er is geen hogere, welwillende orde, noch een vorm van intrinsieke moraal in de natuur.’ Hij stelt dan ook over God dat ‘de enige zinvolle conclusie is dat een volmaakte God niet kan bestaan’.
2. Onderscheid maken tussen mensen
Sting zong in zijn lied Russians: ‘We share the same biology, regardless of ideology.’ Alle mensen zijn anders, maar, in de woorden van Braeckman, ‘biologisch zijn we gelijk’. Indianen diep in de Amazone hebben wellicht nog nooit van mensenrechten of het woord ‘vrijheid’ gehoord, wellicht zouden ze een lage score behalen op een IQ-test en houden ze er onethische gebruiken op na; er is echter geen reden om hen niet dezelfde basisrechten te geven die alle andere mensen toekomen. Braeckman stelt: ‘De evolutionaire logica draait rond overleving en voortplanting, niet rond vooruitgang en verbetering, en evenmin rond de toename van bewustzijn of intelligentie.’
Maar mensen zijn niet gelijk. Braeckman wijst erop dat een kind geen ‘stuk boetseerklei is, dat om het even welke vorm kan krijgen, afhankelijk van de omgevingsstimuli die erop inwerken’. Toch wordt de ‘biologische dimensie’ bij gedrag geregeld genegeerd. Braeckman stelt dat binnen die foutieve gedachte geldt dat als ‘opvoeding en omgeving ten goede veranderen, de criminaliteit wel vanzelf [verdwijnt]’.
Braeckman wijst erop dat Darwin kritisch was op ‘grote culturele verschillen (…) en vaak scherp [was] over het bijgeloof en de wrede gewoontes van vele volkeren,’ maar hij was tegen slavernij. Is dat niet precies hoe het zou moeten zijn? Filosoof Paul Cliteur schreef in Moderne Papoeas: ‘Culturen kunnen niet gelijkwaardig zijn, juist omdat mensen dat wel zijn.’ Culturen kunnen, en dienen, bekritiseerd te worden. Het is belangrijk te beseffen dat daarmee niet de menswaardigheid van de drager van die cultuur wordt aangetast.
3. Gebruik van niet-menselijke dieren
In 2001 stelde Cliteur in Darwin, Dier en Recht al: ‘Als de mens verwant is aan het dier, dan is het in ieder geval niet meer vanzelfsprekend dat de mens rechten heeft en dieren rechteloos zijn.’ Op het gebruik van niet-menselijke dieren door mensen wordt echter pas ingegaan in het tweede deel van de reeks van Verhofstadt en Braeckman, dat komende maand verschijnt.
Lees ook uit de rubriek Spiritueel: Atheïst Ricky Gervais prefereert een hond boven God
Braeckman vraagt zich af hoe ernstig de mens zou geloven in godsdiensten, pseudowetenschappen, complotten en andere fabeltjes als er in de geschiedenis geen kritische geesten waren geweest, geen Verlichting, geen sceptici en geen atheïsten. Hij acht het belangrijk om kritisch denken te blijven stimuleren. Daarom is hij kritisch op ‘de oproep van een groep social geëngageerde mensen om van alles en nog wat te verbieden of te censureren,’ de cancelcultuur. Ook wanneer wetenschappelijke bevindingen onwenselijk lijken te zijn, geldt dat ‘een sterke, transparante democratie [nood heeft] aan dergelijke kennis en [ook weet] hoe ze ermee moet omspringen’.
Complottheorieën en ongemakkelijke waarheden
Allerlei officiële rapporten en mediaberichten volgend lijkt het geloof in complottheorieën ongekend hoog. Is dat wel zo vreemd, wanneer wordt stilgestaan bij het feit dat de mens zich al decennia bedriegt met het grootste complot ooit? Het complot dat zij is geschapen door een godheid, hem moet dienen om vervolgens te zullen branden in de hel of vredig naar de hemel te zullen gaan.
Braeckman pleit dan ook voor atheïsme. ‘We leven beter met ongemakkelijke waarheden dan met troostende leugens. Ik droom van een wereld waarin men kinderen niet indoctrineert met religieuze fabeltjes, maar hun degelijke, betrouwbare kennis aanleert.’
Op 10 december wordt Johan Braeckman daarom benoemd tot Atheïst van het Jaar 2022 in De Balie in Amsterdam.