De kleinkinderen op bezoek, kan dat?

Foto ANP, Koen Suyk

Kinderen lijken een kleine rol te spelen in de verspreiding van het coronavirus. Daarom besloot het kabinet dat de basisscholen vanaf 11 mei weer deels opengaan. De kinderdagverblijven openen vanaf dat moment volledig hun deuren. Betekent dat ook dat opa en oma weer kunnen oppassen op de kleinkinderen?

Uit buitenlandse studies kwam het al naar voren, maar ook Nederlandse onderzoeken van onder meer het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) bevestigen dat de rol van kinderen bij de verspreiding van het coronavirus beperkt lijkt. Weinig kinderen worden ernstig ziek en ze lijken nauwelijks anderen te besmetten.

Dit waren de redenen voor het kabinet om de scholen en kinderdagverblijven binnenkort weer te openen. Maar een bezoekje aan opa en oma? Dat kunnen kinderen nog beter even niet doen omdat het risico op besmetting mogelijk toch te groot is.

Dat klinkt misschien dubbel, maar zeker bij kwetsbare groepen is het advies voorlopig: liever nu te voorzichtig, dan achteraf spijt. De kans dat kinderen het virus overdragen, lijkt weliswaar klein, maar helemaal uitgesloten is het vermoedelijk ook niet. Uit een recente studie in het wetenschappelijk tijdschrift The Lancet blijkt dat kinderen net zo vaak geïnfecteerd raken als volwassenen en dus, zo schrijven de onderzoekers, moeten kinderen worden meegerekend in modellen waarbij de overdracht van het virus in kaart wordt gebracht.

In veel gevallen zijn opa en oma wat ouder dan de juf voor de klas. Mogelijk vallen zij daarom in de volgens het RIVM kwetsbare groep van zeventig jaar en ouder en lopen ze dus een groter risico ernstig ziek te worden door het virus. Niet voor niks wordt ook leraren geadviseerd thuis te blijven als zij door een bepaalde aandoening in een risicogroep vallen.

Risico op weer een flinke toename

Bovendien geldt: alle kleine beetjes helpen. Of helpen juist niet, in dit geval. Want van elke individuele maatregel kan het effect weliswaar klein zijn, maar als een aantal maatregelen tegelijkertijd wordt versoepeld, kunnen die kleine beetjes bij elkaar ineens toch leiden tot een flinke toename van het aantal coronapatiënten.

Dus als niet alleen de basisscholen opengaan, maar ook alle grootouders weer op hun kleinkinderen gaan passen, kan de druk op de ziekenhuizen ineens weer toenemen. En dat kunnen die ziekenhuizen er op dit moment niet bij hebben. Op de intensive care liggen op 1 mei nog steeds bijna zevenhonderd coronapatiënten en de ruimte die de ziekenhuizen mondjesmaat krijgen, hebben zij hard nodig om veel gewone zorg te kunnen opstarten.

Raamvisite

Waarom de basisscholen maar gedeeltelijk opengaan? Dat is een onderwerp waarover in het Outbreak Management Team nog wel wat discussie is geweest, maar ook daarbij geldt dat is gekozen voor voorzichtigheid. Bij het helemaal openen van de scholen zou ineens erg veel verkeer in en om de school zijn, ook van ouders. Dat kan leiden tot extra risico’s. Het kost ook meer tijd om die te verwachten drukte goed te organiseren in de nieuwe anderhalvemetersamenleving.

Overigens kunnen grootouders en kleinkinderen wel op een afstand zwaaien naar elkaar in de tuin en ze kunnen ‘op raamvisite’. ‘Een doffe ellende’, noemde premier Mark Rutte deze vorm van contact. Maar het is misschien toch een leuke afwisseling na al het videobellen.