Met een nieuwe techniek kunnen internetgegevens via laserstralen en radiogolven worden verstuurd. Kabels zijn zo niet altijd meer nodig.
Vrijwel iedereen heeft inmiddels thuis draadloos internet, maar de gegevens komen nog gewoon via een internetkabel het huis binnen. Dat is binnenkort vermoedelijk niet meer nodig: een nieuwe techniek maakt het mogelijk om gegevens te versturen door de lucht, via laserstralen of radiogolven.
Vliegtuigen
Net als het internet zelf, komt ook deze ontwikkeling voort uit het Amerikaanse leger. ‘Kabelloos internet’ is aanvankelijk uitgevonden om vanaf de grond gegevens uit te wisselen met vliegtuigen.
Het in Silicon Valley gevestigde technologiebedrijf AOptix werkte er tien jaar aan. Ontwikkelingskosten: 80 miljoen euro.
Nu gaat het bedrijf met een afgeleide van deze techniek de markt op.
Het bracht een apparaat uit, de zogeheten IntelliMax, dat in masten of boven op gebouwen kan worden geplaatst. Het communiceert via laser en radiogolven met een andere IntelliMax tot een afstand van 10 kilometer.
Dichte mist
Radiogolven worden gestoord door regen, lasersignalen door dichte mist. De combinatie van apparaten moet signaalstoringen zeldzaam maken. Met een netwerk van IntelliMax-apparaten is vrijwel elke plek geschikt voor het gebruik van internet.
Naar verwachting zullen vooral armere landen profiteren van deze techniek: het is goedkoper om IntelliMax-apparaten te installeren dan om kabels onder de grond aan te leggen. Die stap kunnen ontwikkelingslanden nu overslaan, net zoals ze dankzij mobiele telefoons niet overal telefoonlijnen hoefden aan te leggen.
Van Nigeria en Mexico is bekend dat ze met de IntelliMax kabelloos internet willen aanleggen. Ook in de Verenigde Staten is interesse: drie internetproviders gaan er gebruikmaken van de IntelliMax, als achtervang in geval van storingen.