Simon Rozendaal was in St. Louis en vraagt zich af waarom Nederlandse miljonairs minder behoefte voelen om iets goeds voor de wereld te doen.
Als Amerikanen van gekkigheid niet meer weten wat ze met hun miljoenen aan moeten, doen ze er vaak iets goeds mee. Bill Gates en Warren Buffett bijvoorbeeld halen eigenhandig Afrika uit het slop.
Fred Kavli, nog zo’n voorbeeld. De Noors-Amerikaanse ingenieur is schathemeltjerijk geworden met elektrische sensoren en financiert nu in de hele wereld (waaronder Delft) Kavli-instituten voor toponderzoek op het gebied van neurowetenschap, nanotechnologie en astrofysica.
Hondenvoer
Twee weken geleden liep ik tegen nog zo’n weldoener op. Ik was op bezoek bij het Donald Danforth Plant Science Center in St. Louis. De familie Danforth is rijk geworden met hondenvoer (Ralston Purina) en heeft 60 miljoen dollar gestoken in een onderzoekscentrum waar onder meer wordt gepoogd om de armste boeren in de armste landen te helpen met verbeterde gewassen.
Ik zal de komende maanden zo af en toe kond doen van slimme planten die eraan zitten te komen en ga er hier dus niet verder op in.
Dagobert Ducks
Ik vroeg me in St. Louis af waarom onze eigen miljardairs geen vergelijkbare aandrang voelen om iets maatschappelijks te doen met hun kapitaal. Af en toe hebben wij er een die een ton weggeeft zoals Joop van den Ende met zijn stichting, maar dat is toch van een ander kaliber.
Wij barsten van de SP- en GroenLinks-stemmende multimiljonairs zoals Derk Sauer, Harry de Winter en Ruud Koornstra. Waarom schenken zij geen miljoenen aan een nieuw laboratorium dat – ik noem maar wat – als doel heeft om zonnecellen of thoriumcentrales te ontwikkelen die zo duurzaam, goedkoop en efficiënt zijn dat iedereen ze wil?
Waarom potten onze linkse rijkaards hun geld op en proberen al die Amerikaanse Dagobert Ducks wel uit alle macht om de wereld vooruit te helpen?
Elsevier nummer 14, 4 april 2015