Waarom we van dit warme intermezzo moeten genieten!

In Parijs praten wereldleiders over de manier waarop we de opwarming van de aarde tegen kunnen gaan. Maar afgezet tegen een allesverwoestende ijstijd is ‘global warming’ een luxe-probleem.

Wij leven in een geologisch tijdvak dat wordt gekenmerkt door een afwisseling van ijstijden en warme tussenperioden (interglacialen). Momenteel bevinden we ons al 10.000 jaar in zo’n warm intermezzo, het Holoceen. Gemiddeld duurt een ijstijd om en nabij de 80.000 jaar, een interglaciaal duurt echter aanzienlijk korter, tussen de 12.000 en 20.000 jaar.

Stand van de aardas

IJstijden, zo weten we sinds de Servische wiskundige Milutin Milankovic dit honderd jaar geleden uitrekende, worden veroorzaakt doordat de stand van de aardas een hoekje maakt ten opzichte van de omloopbaan van de aarde om de zon en de aarde een tikje waggelt tijdens die omloop. Die fluctuaties zijn structureel en zullen niet van de ene dag op de andere verdwijnen.

Tienduizend jaar geleden eindigde de laatste ijstijd. Als de geschiedenis van de afgelopen paar miljoen jaar zich herhaalt, dan klopt er over niet al te lange tijd gegarandeerd weer een nieuwe ijstijd aan de deur. Die kan nog een paar duizend jaar op zich laten wachten, maar het kan ook best zijn dat de grote afkoeling al is begonnen. Feit is in elk geval dat de opwarming sinds 1998 lijkt gestopt.

Echte kou!

Feit is ook dat een ijstijd iets totaal anders is dan de paar dagen koek en zopie die de Nederlander af en toe met grote vrolijkheid vervullen. Echte kou, jaar in jaar uit, eeuw in eeuw uit, is allesbehalve een pretje.

Waarschijnlijk is de mensheid tegenwoordig zo geavanceerd dat we een volgende ijstijd kunnen overleven, maar het betekent wel met z’n allen naar Benidorm, of nog verder.

Geniet ervan

Het lijkt vrijwel uitgesloten dat Nederland kan worden gehandhaafd als het landijs net als 150.000 jaar geleden onze contreien bereikt. Dan worden alle steden en andere uitingen van de vaderlandse cultuur gesloopt.

Sommige deskundigen, zoals de geoloog prof. Salomon Kroonenberg (zie ‘De parabel van het bange mannetje’ op pagina 64) vinden dan ook dat we vooral moeten genieten van het warme intermezzo. Zo lang het duurt.