Waarom ‘groene’ waterstof voor zon- en windopslag kierewiet is

05 juli 2024Leestijd: 4 minuten

Het is tijd voor roze waterstof, schrijft Simon Rozendaal. Aan ‘groene’ waterstof om wiebelstroom op te slaan, gaan we weinig hebben. Roze waterstof is feitelijk duurzamer en minstens zo klimaatvriendelijk.

De burgemeester van Rotterdam was in een ver land. Goed zo. Ik was bevriend met de vorige en ergerde me altijd aan de kritiek dat hij, Bram Peper, te veel in het buitenland zou zijn. Rotterdam heeft al lang niet meer de grootste haven ter wereld, maar is nog steeds een wereldhaven. Dus moet een burgemeester van die stad voeling houden met de wereld.

Ahmed Aboutaleb was in Namibië, zo las ik in De Telegraaf, en wel voor groene waterstof. Pardon? Twaalfduizend kilometer vanaf de Coolsingel voor groene waterstof? In die West-Afrikaanse staat schijnt de zon vaak en waait de wind stevig, en dus wil het Duitse consortium Hyphen daar een fabriek neerzetten waar groene stroom wordt omgezet in groene waterstof. En Aboutaleb wil die wel in Rotterdam ontvangen.

Het illustreert hoe bizar de huidige koers in de energietransitie is. U weet, de energietransitie is bedacht om van fossiele brandstoffen af te komen en zo de opwarming af te remmen. De keuze die vorige kabinetten hebben gemaakt, is om daarvoor zonnecellen, windmolens, biomassa en elektrische auto’s in te zetten. Dat is de burger verkocht met wervende, alhoewel onjuiste termen als ‘groen’, ‘duurzaam’ en ‘hernieuwbaar’.

Die aanpak piept en kraakt. NRC preekte onlangs vermanend (zonder zich de vraag te stellen of energiebronnen die het stroomnet saboteren wel zo verstandig zijn): ‘Nederland zal van het idee af moeten dat stroom op elk moment en voor iedereen beschikbaar is.’ Energiedeskundige Remco de Boer, die net een gedegen boek schreef over de energietransitie (Droomland), twitterde: ‘Stap voor stap wordt genormaliseerd wat voor een welvarend hoogontwikkeld land niet normaal is.’

Wiebelstroom heeft opslag nodig

Een ander probleem bij zogenaamd duurzaam is dat de zon niet altijd schijnt en de wind niet altijd waait. En dus is er opslag nodig voor deze wiebelstroom. Dat vloeit niet voort uit de tweede hoofdwet van de thermodynamica of een andere natuurwet, ook dat is een politieke keuze.

Wie fossiele brandstoffen verstookt, heeft geen opslag nodig. De brandstof zelf ís de opslag. Ik heb nog de kolenkachel meegemaakt. De opslag heette toen ‘kolenkit’, een soort emmer vol steenkool. Ook een kerncentrale heeft geen opslag nodig.

Even voor alle duidelijkheid: niet alle groene of anderszins gekleurde waterstof is kul. De chemische industrie heeft waterstof nodig, heel veel waterstof, en het zou mooi zijn als dat ergens in de tweede helft van deze eeuw niet meer uit aardgas hoeft te worden gemaakt.

Maar waterstof als opslag is je reinste verspilling. Wanneer je met wind en zon eerst stroom maakt en die omzet in waterstof om daar opnieuw stroom van te maken als de zon niet meer schijnt en de wind niet meer waait, lopen de verliezen op tot 70 procent. Dat staat haaks op het motto van de transitie: gij zult zuinig zijn met energie!

Agressieve substantie

Voorstanders van zon en wind en dus groene waterstof (ben je voor zon en wind, dan ben je automatisch voor groene waterstof, het is als uitjes bij de haring) zeggen: de verbrandingsmotor heeft ook een energieverlies van 70 procent en dat hebben we wel een eeuw geaccepteerd.

Joehoe, maar voor de verbrandingsmotor was er al die tijd geen alternatief.

O ja, het kan nog gekker. Weet u hoe die waterstof straks naar Rotterdam wordt vervoerd? Waterstof is licht en laat zich moeilijk transporteren, daarom maken de koene ridders van de duurzaamheid er ‘groene’ ammoniak van: een agressieve substantie met de potentie om bij een aanvaring of kaping door piraten de Atlantische Oceaan te vergiftigen.

Kerncentrales

Welkom in de open inrichting die energietransitie heet. Het is al maf om fossiele brandstoffen te willen vervangen door zonnecellen en windmolens. Het wordt gestoord wanneer je dat, nadat we onze eigen Noordzee al bijna hebben verziekt, wilt doen in het Tsau Khaeb National Park in Namibië.

Sla je de aldus geproduceerde groene stroom op als groene waterstof, dan is dat mesjogge. Zet je die ook nog eens om in groene ammoniak, dan heet het kierewiet tot de vierde macht.

Als Aboutaleb zo graag waterstof wil, hoeft hij niet 12.000 kilometer te vliegen, maar kan hij met de dienstauto naar de Maasvlakte, om daar kerncentrales neer te zetten die direct waterstof maken. Die wordt, ter onderscheid van groene, grijze (uit aardgas), blauwe (aardgas plus CO2-opslag) ook wel roze (of paarse) waterstof genoemd.

Dat past goed in het huidige tijdsgewricht. Rotterdam wereldleider in de roze waterstof!