Volkert van der Graaf, de moordenaar van Pim Fortuyn, is voorlopig nog niet af van zijn verplichte bezoeken aan de reclassering. Hij had een kort geding aangespannen, waarin hij vroeg om een einde hieraan.
Maar de rechtbank in Den Haag heeft zijn verzoek afgewezen, meldt een woordvoerder. Dat betekent dat hij zich om de drie maanden gewoon moet melden bij de reclassering – het teruggeven van een plaats in de maatschappij. Volgende week komt de rechtbank met een uitgewerkt vonnis, waarin het besluit verder wordt toegelicht.
De veroordeelde moordenaar kan naar eigen zeggen zijn advocaat, die hij meeneemt naar deze evaluaties, niet meer betalen. Van der Graaf krijgt geen rechtsbijstand meer. Terwijl hij zijn advocaat wel nodig zegt te hebben, aangezien zijn woorden tijdens deze bezoekjes zouden ‘worden verdraaid’. Hij heeft aangekondigd in hoger beroep te gaan tegen de uitspraak.
Enkelband
Nadat Van der Graaf – onder voorwaarden – op vrije voeten is, spant hij het ene na het andere kort geding aan om onder deze voorwaarden uit te komen. Dit was al de derde keer dat hij naar de rechter stapte.
Vorig jaar oordeelde de rechtbank in een ander kort geding nog dat hij niet langer verplicht psychologische behandelingen of begeleiding hoeft te ondergaan. Het Openbaar Ministerie is hiertegen in beroep gegaan, dus die zaak loopt nog. Eerder al vocht Van der Graaf met succes het dragen van een elektronische enkelband aan.
Straf
Van der Graaf, die in 2002 LPF-leider Pim Fortuyn vermoordde, kwam in mei 2014 vervroegd vrij na twee derde van zijn straf (achttien jaar cel) te hebben uitgezeten. Hij had op dat moment twee derde van zijn straf van in totaal achttien jaar achter de rug.
Maar het OM bepaalde wel dat hij zich aan een aantal voorwaarden diende te houden. Een daarvan was dat Van der Graaf zich elke week moest melden bij de reclassering. Ook mocht hij niet praten met de media en nabestaanden, en zich niet ophouden in Rotterdam, Hilversum, Den Haag en de plaatsen waar nabestaanden van Fortuyn wonen.